Het terrein van de bakkerij werd gedeeltelijk afgezet
In samenwerking met
Omroep Flevoland
NOS Nieuws

Medewerker bakkerij Lelystad na wekenlange zoektocht dood gevonden bij auto

Een medewerker van brood- en banketbakkerij in Lelystad, die wekenlang werd vermist, is maandag dood aangetroffen achter zijn auto op het terrein van de bakkerij.

Er werd ruim drie weken gezocht naar Olaf Roelofsen (59). Volgens de politie is de man een natuurlijke dood gestorven. "We hebben hier met elkaar een potje zitten janken", zegt bakker Joost Prins bij Omroep Flevoland.

Het was Prins zelf die alarm sloeg, toen Roelofsen op maandag 27 november niet op zijn werk verscheen. Hij omschrijft hem als een "rustige, stille man" die al 22 jaar in dienst was. "Normaal gesproken is hij hier 's ochtends om 05.00 uur. Wij beginnen om 05.30 uur."

Gelijk groot alarm

Prins: "Bij een andere werknemer zou je denken dat hij zich heeft verslapen of ziek is, maar deze man gebeurde dat nooit. Daarom was het voor mij gelijk groot alarm." De bakker deed een melding bij de politie en reed zelf naar het huis van Roelofsen. Daar hoorde hij dat de medewerker nog wel thuis was geweest, nadat hij een nachtdienst had gedraaid in de nacht van vrijdag op zaterdag.

Samen met de politie zette de familie een zoekactie op, onder meer via een Facebookpagina. Vanaf begin december werden ook speurhonden van de stichting Signi ingezet.

Achter zijn auto

Het was uiteindelijk een medewerker van de bakkerij die Roelofsens lichaam vond achter diens auto, op een relatief afgelegen stuk van het terrein van de bakkerij.

De politie begon meteen een onderzoek, waarbij een deel van het terrein en pand werden afgezet. Nog diezelfde dag zei een politiewoordvoerder dat het onderzoek was afgerond en dat een natuurlijke dood was vastgesteld. De familie van Roelofsen schreef maandag op Facebook dat een misdrijf of suïcide is uitgesloten door de arts.

Samen verlies verwerken

Het ergert bakker Joost Prins dat er volop werd gespeculeerd over de dood van zijn werknemer. "Conclusies trekken terwijl mensen totaal niet weten wat de situatie is, dan denk ik hou alsjeblieft gewoon je mond en heb een beetje respect voor het overlijden van iemand en het rouwen van anderen."

De vindplaats op zijn terrein wordt volgens Prins zelden gebruikt. "Daar komen wij nooit. Hooguit één of twee keer per jaar." Het is voor hem gissen hoe lang Roelofsen op het terrein heeft gelegen.

De bakker en zijn medewerkers zijn weer aan het werk. "Want dat geeft toch de meeste afleiding", zegt Prins. "Maar dan zie je een medewerker met een traan in zijn ogen. Dan schiet het toch weer door je hoofd."

Advertentie via Ster.nl