Links en rechts zijn over arbeidsmigratie opvallend eensgezind: het moet allemaal een tandje minder. Maar wat vinden de betrokken sectoren en arbeidsmigranten er zelf van? We vroegen het in twee branches die sterk afhankelijk zijn van arbeidsmigratie: de logistiek, distributiecentra dus, en de glastuinbouw.
"We hebben behoorlijk wat mensen van Poolse, Bulgaarse en Hongaarse afkomst binnen onze bedrijven werken", zegt Sander Verbeek, kweker in het Westland. "De mensen die hier werken, die gaan ook bij de bakker brood kopen, dat geld wordt in de samenleving uitgegeven. We hebben geen migrantenprobleem, we hebben een probleem met de woningbouw."
Zonder arbeidsmigranten draait de economie in Nederland gewoon niet, zegt Jacco Vooijs van de Brancheorganisatie Glastuinbouw Nederland: "Ga eerst eens goed na waar arbeidsmigranten werken en hoeveel wij nodig hebben, voordat je überhaupt gaat praten over een quotum. Het is niet zo dat wij niet met Nederlanders willen werken, er werken heel veel Nederlanders in de sector, maar ze moeten er wel zijn."
De cijfers
Economische groei is de bepalende factor bij migratie, zeggen deskundigen. "En die economie groeit volgens de voorspellingen de komende jaren nog fors, terwijl onze eigen beroepsbevolking krimpt door de vergrijzing", zegt econoom Mathijs Bouman.
Het aantal arbeidsmigranten is de laatste jaren flink gegroeid. Bijna 400.000 arbeidsmigranten komen uit Oost- en Midden-Europa, de helft daarvan verdient het minimumloon of iets meer.
"Je moet wel onderscheid maken tussen die distributiecentra", zegt Bouman. "Supermarkten moeten worden bevoorraad en dat moet vanuit Nederland. Maar rond Venlo bijvoorbeeld zitten echt internationale hubs, die spullen gaan naar heel Europa, daar is de toegevoegde waarde voor Nederland minder."
"Daarnaast is het zo dat ze blijkbaar alleen maar kunnen draaien op hele goedkope arbeid. En dat zegt natuurlijk ook al iets over de toegevoegde waarde, over de winstgevendheid. Als het alleen maar lukt met hele lage lonen en mensen van buiten, kun je je afvragen of dat nou de echte groeibriljanten van de Nederlandse economie zijn.
Matraswoningen
"Als je alles optelt dan kom je op hoge bedragen uit voor de economie", zegt econoom Mathijs Bouman. "Maar dat is allemaal wel relatief. De winsten van die bedrijven gaan naar de bedrijven zelf, en dat zijn er maar zo'n 2800 in totaal. Die profiteren het meest, maar de lasten als CO2-uitstoot en problemen met huisvesting, die zijn voor de maatschappij."
Nergens is de situatie zo nijpend als in Den Haag, waar ook veel uitzendkrachten wonen die werken in de kassen in het Westland. "Op dit moment is bijna één op de tien Haagse inwoners arbeidsmigranten", zegt Martijn Balster, wethouder in Den Haag voor GroenLinks-PvdA. "De lusten en lasten van arbeidsmigratie zijn compleet oneerlijk verdeeld. Een enkele werkgever maakt miljoenenwinsten door goedkope arbeidskrachten, maar de lasten slaan neer in de kwetsbare wijken waar mensen in matraswoningen wonen en de gevolgen voor de leefbaarheid heel erg merkbaar zijn."
Uitgangspunt in beleid moet echt worden: geen bed, dan ook geen business.
In een van die gigantische distributiecentra in Venlo vertelt Peter van der Maas van het logistieke bedrijf DSV dat 35 procent van hun personeel internationaal medewerker is, arbeidsmigrant dus. "Als de politiek wil stoppen met distributiecentra, betekent dat dus dat onze industrie-sector gaat verhuizen naar andere plekken in Europa. De vraag is of we dat als Nederland willen, want uiteindelijk betaalt deze sector ook een gedeelte van onze welvaart."
"Uitgangspunt in beleid moet echt worden: geen bed, dan ook geen business", zegt wethouder Balster. "Bedrijven kunnen zich hier nu heel gemakkelijk vestigen zonder enige verantwoordelijkheid voor fatsoenlijke salarissen, voor fatsoenlijke werkomstandigheden en voor huisvesting. Dat is niet op orde. En zolang dat niet op orde is, kan er geen sprake zijn van bedrijvigheid die zo afhankelijk is van goedkope arbeidskrachten."