Gestutte woning langs het kanaal Almelo-De Haandrik
In samenwerking met
Oost
NOS Nieuws

Provincie komt bewoners probleemkanaal Almelo alsnog tegemoet

Na jarenlange discussies, onderzoeken en ingewikkelde procedures gaat de provincie Overijssel om de tafel met de veelal zwaar gedupeerde bewoners van het kanaal Almelo-De Haandrik voor de schadeafhandeling.

De provincie stelt een bedrag van 13,5 tot 16 miljoen euro extra beschikbaar om schade aan woningen te herstellen. Bij kleine schades wordt laagdrempelig uitgekeerd. Wie grote schade heeft en daardoor in de financiële of sociale problemen zit, kan haar of zijn huis aan de provincie verkopen.

Kanaal Almelo-De Haandrik is de scheepvaartverbinding tussen Twente en Coevorden. Tussen 2011 en 2016 is het kanaal gebaggerd om ruimte te bieden aan grotere schepen. Niet lang daarna begonnen woningen langs het kanaal te verzakken.

In een aantal gevallen ging dat zo hard dat de woning niet veilig meer was en bewoners moesten verhuizen, omdat gasleidingen bijvoorbeeld niet mee zakten en dreigden te knappen. Andere woningen zakten langzamer, maar moesten wel worden gestut. In totaal raakten zo'n 400 woningen beschadigd.

Emotionele achtbaan

"Het was voor de bewoners de afgelopen jaren een behoorlijk emotionele achtbaan", zegt gedeputeerde Martijn Dadema tegen RTV Oost . "Van hoop naar wanhoop, van duidelijkheid naar onduidelijkheid. We willen veel dichterbij de bewoners komen te staan, de bestaande schaderegeling ruimer toepassen en werken aan een positieve toekomst voor de bewoners."

Aanvankelijk ontkende de provincie een direct verband tussen de baggerwerkzaamheden en de schade aan de woningen. In september 2021 stelden deskundigen van Deltares na onderzoek nog vast dat niet het baggeren, maar inkrimping van het veen een grote rol zou spelen bij de verzakking van de woningen. De Overijsselse gedeputeerde Bert Boerman beweerde toen dat de schade was veroorzaakt door het vervangen van damwanden en andere werkzaamheden aan het kanaal.

Op aandringen van de politiek begon de provincie toch met het vergoeden van schades, maar dat gebeurde volgens de bewoners moeizaam en "mondjesmaat". Diezelfde conclusie trok ook Mona Keijzer, voormalig staatssecretaris. Zij sprak afgelopen zomer als bemiddelaar met de bewoners, deskundigen en de provincie. Begin september zei Keijzer dat de schaderegeling "menselijker, makkelijker en milder" moest.

Aanspreekpunt

De provincie Overijssel neemt Keijzers aanbevelingen nu over. Zo komt er een onafhankelijk aanspreekpunt van buiten de provincie die altijd bereikbaar is voor de gedupeerde bewoners. Bij schades onder de duizend euro hoeft dat aanspreekpunt geen ruggespraak te houden; de schade wordt direct vergoed.

Er komt ook een regeling voor bewoners met grote schade en financiële of sociale problemen. Zij kunnen hun huis verkopen aan de provincie. Die regeling geldt sowieso voor gedupeerden ouder dan 75 jaar.

Op advies van Keijzer wordt bovendien de sluitingsdatum voor de schaderegeling verlegd van 16 juni 2020 naar 1 september 2023. Dat betekent dat mensen die na juni 2020 schade hebben gemeld alsnog voor vergoeding in aanmelding komen.

In het verlengde daarvan belooft de provincie om schades ook veel sneller te vergoeden.

Kant nog wal

"We hebben beloofd om de schades ruimhartig te behandelen en dat gaan we doen", benadrukt Dadema. Hij wijst erop dat bewonersstichting Kant nog Wal nu ook een vaste plek krijgt aan de tafel waar beslissingen worden genomen. "Zij zullen ons scherp houden en ervoor zorgen dat de stem van bewoners altijd gehoord wordt."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl