Gezocht: hazen die Kiptum in Rotterdam naar tijd onder 2 uur kunnen loodsen
Wetten en regels lijken voor hem niet te gelden. Op die ene wet na dan. Die van de remmende voorsprong.
Of Kelvin Kiptum, sinds een maand 's werelds snelste atleet op de marathon, volgend jaar in Rotterdam in staat is als eerste onder de magische grens van twee uur te duiken? Het was een vraag die zich woensdag door zijn Belgische manager Marc Corstjens alleen met een wedervraag liet beantwoorden.
"Waar moet ik in 's hemelsnaam tempomakers vinden die zo goed zijn dat ze hem daarbij kunnen helpen?"
Uniek in zijn soort
De 23-jarige Kiptum, wilde de zaakwaarnemer er mee zeggen, is uniek in zijn soort. Drie keer liep hij een marathon. Driemaal zegevierde hij met glans. Rotterdam moet de vierde glorietocht op rij worden, als generale repetitie voor de Olympische Spelen van Parijs.
Bij zijn debuut, in 2022 in Valencia, dook hij met 2.01.53 meteen als derde atleet ooit onder de 2.02 uur. Een maand geleden, in Chicago, klokte hij 2.00.35 en verpulverde hij het wereldrecord dat met 2.01.09 op naam stond van zijn illustere landgenoot Eliud Kipchoge. Tussendoor zegevierde hij, in 2.01.25, ook nog eens in Londen.
Dat Kiptum over vijf maanden in Rotterdam start, is minder verwonderlijk dan het lijkt. Corstjens is naast Kiptums manager namelijk ook de racedirecteur van de marathon door de Maasstad.
In 2019, de editie die door de Keniaan Marius Kipserem werd gewonnen, fungeerde Kiptum als tempomaker in Rotterdam. Volgens plan zat de wedstrijd er toen na 27 kilometer op. Kiptum zei zich nog goed te herinneren wat hij toen dacht: "Ooit kom ik hier terug om een snelle tijd te lopen."
Al lijkt de wens vooralsnog de vader van de gedachte dat hij in het olympisch jaar een historische tijd van onder de twee uur kan klokken.
Manager en atleet zitten daarover nog niet op één lijn, zoveel werd duidelijk. Corstjens behoort tot de groep optimisten die denkt dat het mogelijk is. Hij sprak van "een heel ambitieus plan van een uitermate ambitieuze atleet". Kiptum zelf hield de boot af en liet zich niet verleiden tot welke vorm van grootspraak dan ook.
Magische barrière
In 2024 loopt hij Rotterdam in dienst van Parijs, waar hij Kipchoge hoopt op te volgen als olympisch kampioen. "Het slechten van de magische barrière van twee uur is iets waar ik daarna pas aan wil denken."
Om daar bijna achteloos aan toe te voegen: "Maar als de omstandigheden goed zijn en mijn lichaam in orde, wil ik wel proberen het wereldrecord te verbeteren."
Het zou het vierde wereldrecord zijn in de historie van 'Rotterdam'. In 1985 liep de Portugees Carlos Lopes 2.07.12. Drie jaar later schreven Belayneh Dinsamo uit Ethiopië (2.06.50) en de Keniaanse Tegla Loroupe ((2.20.47) historie.
Over een maand start Kiptum met zijn moordende voorbereiding op Rotterdam. Trainingsweken van 250 tot 280 kilometer zijn de standaard.
Zijn trainer Gervais Hakizmana waarschuwt hem vaak voor de gevaren die op de loer liggen, vertelde hij. Wie zoveel loopt, tekent voor een korte carrière, houdt de coach uit Burundi hem voor. Goedbedoelde adviezen die Kiptum lachend in de wind slaat. "Ik heb nu eenmaal veel kilometers nodig om geschiedenis te kunnen schrijven."
Krachten smijten
De wijze waarop Kiptum tijdens marathons met zijn krachten smijt, is evenmin volgens de boekjes. In Chicago liep hij een opmerkelijke negative split, een sneller tweede dan eerste deel van de race. Halverwege kwam hij door in 60.48, van daar tot de finish ging het in 59.47. Voor het stuk tussen kilometer 30 en 40 had hij zelfs minder dan 28 minuten nodig.
Voor het realiseren van een extreme toptijd zal het parcours van Rotterdam mogelijk op detailniveau worden aangepast. Zo sluit Corstjens niet uit dat de start voor de elite-atleten eenmalig boven op de Erasmusbrug is in plaats van vlak daarvoor, om zodoende die eerste lastige hoogtemeters te omzeilen.
Een ander hoofdbreken wordt het vinden van geschikte tempomakers. In een olympisch jaar lopen goede hazen hun eigen programma, in de hoop een startbewijs voor de Spelen te verkrijgen, verduidelijkte Corstjens.
"Ik ken op dit moment hooguit één atleet die tot het punt van de 30 kilometer als tempomaker kan fungeren. Genoeg hazen vinden zodat Kiptum een absolute toptijd kan lopen, dat wordt de allergrootste uitdaging."
