De Nederlandse luchtmachtbasis in Jordanië, vanwaar de F-16's naar Irak vlogen
NOS NieuwsAangepast

Iraakse nabestaanden tegenover Nederlandse overheid in eerste Hawija-rechtszaak

  • Ben Meindertsma

    onderzoeksredactie

  • Ben Meindertsma

    onderzoeksredactie

Acht jaar na de Nederlandse luchtaanval op een IS-bommenfabriek in Hawija, eist een groep Irakezen vandaag een schadevergoeding van de Nederlandse staat. Bij de aanval in 2015 kwamen zeker 70 burgers om het leven. Het was een van de bloedigste aanvallen in de strijd van de internationale coalitie in de strijd tegen Islamitische Staat. Wereldwijd is het de eerste rechtszaak van burgerslachtoffers van de luchtoorlog tegen terreurorganisatie IS.

De groep bestaat uit elf Irakezen. Zij verloren als gevolg van de aanval elf familieleden, onder wie negen kinderen. Omdat de aanval door Nederlandse F-16-piloten werd uitgevoerd en vooraf door Nederland werd goedgekeurd, eisen ze een individuele schadevergoeding van Nederland. Enkelen van hen zullen vandaag het woord voeren op de zitting in Den Haag. Via een livestream in Hawija kunnen andere nabestaanden de rechtszaak ook volgen.

De zaak draait om de procedure die is gevolgd voorafgaand aan het bombardement, zo valt op te maken uit stukken die door beide partijen naar de rechtbank zijn gestuurd. Omdat Nederland alleen luchtaanvallen wilde uitvoeren waarbij geen burgerdoden werden verwacht, werd vooraf door een Amerikaans team heel precies uitgerekend wat de impact zou zijn van zes kleine precisiebommen. De conclusie: als de aanval 's nachts wordt uitgevoerd, vallen er zeer waarschijnlijk geen burgerdoden.

Bekijk hier het verhaal van twee Iraakse nabestaanden, die speciaal voor de rechtszaak in Nederland zijn.

Zij verloren hun dierbaren bij bombardement Hawija: 'Wij willen gerechtigheid'

Maar wat er zou gebeuren als de geïmproviseerde autobommenfabriek van IS zelf zou ontploffen, dat werd niet berekend. Volgens het ministerie van Defensie was er al veel ervaring opgedaan met het uitschakelen van bommenfabrieken. De militairen gingen er daarom van uit dat alleen de gebouwen in de directe omgeving zouden worden beschadigd.

Dat bleek een misvatting. De explosie die volgde was tot op 60 kilometer te horen, beschadigde zo'n 400 gebouwen en kostte burgers in de wijde omgeving het leven.

'Twee fouten'

Volgens Liesbeth Zegveld, de advocaat van de nabestaanden, is Nederland te verwijten dat er twee fouten zijn gemaakt. Nederlandse militairen hadden moeten uitzoeken hoeveel explosieven er lagen om uit te rekenen wat er zou gebeuren als de fabriek zou ontploffen. Ook hadden ze volgens haar moeten weten dat er vluchtelingen sliepen in de bedrijfsgebouwen rondom de fabriek. Omdat die kennis ontbrak, had de aanval volgens haar niet mogen doorgaan.

Beweeg de slider hieronder naar links of rechts om op de satellietbeelden de impact van het bombardement te zien. De cirkels zijn gebaseerd op informatie van het ministerie van Defensie. Alle nabestaanden in de zaak woonden ver buiten dat gebied.

Volgens de landsadvocaat is de fabriek vooraf lange tijd geobserveerd en klopt het niet dat er in de directe omgeving van de fabriek 's nachts vluchtelingen sliepen. En dat er zo veel explosieven lagen, had men vooraf niet kunnen weten, beargumenteert de advocaat namens de staat. Bovendien, als men alleen nog aanvallen zou mogen uitvoeren waarbij de hoeveelheid explosieven bekend is, zou er geen bommenfabriek meer worden aangevallen, aldus de landsadvocaat.

Kamer verkeerd geïnformeerd

Uit het verweer van de landsadvocaat blijkt ook dat de procedure die is gevolgd anders is dan Defensie tot dusver heeft beweerd. Aan de Tweede Kamer is steevast verteld dat de Nederlandse Red Card Holder, de senior militair die elke aanval vooraf moet goedkeuren, vanuit Qatar nauw betrokken was bij de voorbereiding van de aanval.

Nu blijkt dat de Red Card Holder in werkelijkheid de detachementscommandant van de F-16-piloten was, die 1500 kilometer verderop in Jordanië zat. Naar aanleiding van vragen van de NOS en NRC heeft minister Ollongren van Defensie gisteravond een brief naar de Kamer gestuurd waarin ze erkent dat de verkeerde informatie met de Kamer is gedeeld.

Ook is er veel onduidelijkheid over de cruciale berekening die vooraf is gemaakt om de impact van de explosie van de bommenfabriek vast te stellen. Door Defensie is eerder aan de Kamer verteld dat er modellen zijn gebruikt op basis van vier eerdere aanvallen op bommenfabrieken.

De landsadvocaat spreekt in het verweer over aanvallen op "tientallen vergelijkbare" bommenfabrieken, uitgevoerd door de gehele internationale coalitie. Ook spreekt de landsadvocaat niet over 'modellen', maar slechts over ervaringen die hebben geleid tot de conclusie dat de nevenschade beperkt zou zijn.

Of dat een gefundeerde conclusie was, of dat Defensie willens en wetens een groot risico nam, zal op de zitting duidelijk moeten worden.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl