Krijgers stellen zich op op het festival Ősök Napja
NOS NieuwsAangepast

'Nomadische' Hongaar heeft weinig met migrant: 'Hier mag je daar wél voor uitkomen'

  • Tijn Sadée

    EU-correspondent

  • Tijn Sadée

    EU-correspondent

Het is een festival zoals de Hongaarse premier Orbán het graag ziet: de Osök Napja, Hongaars voor dag van de voorouders. De bezoekers zijn overwegend wit, nationalistisch en conservatief. Kenmerken waarmee Orbán zijn land graag profileert.

Tienduizenden Hongaren kwamen afgelopen weekend weer naar het jaarlijkse driedaagse evenement waar ze een ode brengen aan hun tradities. "Wij eren onze oervaders Árpád en Attila", zegt István Bán, lid van de organisatie. "Dankzij hen leven wij nu in het Karpatenbekken aan de Donau."

Op een stoffig terrein bij het plaatsje Bugac, aan de rand van de Hongaarse poesta, lopen de paarden ongedurig rondjes. Ook de ruiters, gehuld in traditionele kledij van bont en leer, zijn nerveus: over krap een uur begint de grote ruiterij in de Attila de Hun-arena, het hoogtepunt van de Osök Napja.

Voltallige families kuieren over het terrein met joert-tenten en kraampjes waar worsten worden gegrild. Opa's leren er hun kleinzonen knallen met een zweep. In kleinere tenten kunnen schutters terecht voor de aanschaf van nieuwe pijl-en-bogen. Voor moeders en baby's is er een speciale 'ontspanningsjoert' ingericht.

  • NOS
    Hongaarse mannen maken zwepen op het festival
  • NOS
    De paarden en hun ruiters keren weer terug naar de stallen
  • NOS
    Een vader en zoon in traditionele kleding op het evenement

Tussen de jachthondendemonstratie en de rituele valkerij door wordt de slag tussen de nomadische Hongaarse cavalerie van weleer en de Frankische en Slavische infanterie nagespeeld. Voor wie er geen genoeg van kan krijgen, is er een spreekbeurt van een antropoloog over "de relaties tussen de Hunnen en andere veroveringspopulaties van het Karpatenbekken".

Het evenement wordt financieel gesteund door de regering van Orbán. De Hongaarse leider wil zijn land behouden voor "de échte Hongaren" en weigert mee te werken aan plannen voor nieuwe EU-afspraken over gezamenlijke Europese opvang van migranten. "Hongarije wil geen migratiequota en mag nooit een land van migrantengetto's worden", herhaalde hij de afgelopen dagen op zijn socialemedia-accounts.

Op het festival wordt traditionele muziek gespeeld

"We zijn zeer blij dat de regering ons festival financieel steunt", zegt Osök Napja-medewerker István Bán. Zijn jongere neef Norbert Bán, een economiestudent, helpt een handje mee. "Wij Hongaren zijn nou eenmaal conservatiever dan de gemiddelde West-Europeaan, ook als het gaat om migratiepolitiek", zegt Norbert.

Maar hij is ervan overtuigd dat "de meeste Europeanen" net zoveel moeite hebben met de komst van migranten als de Hongaren. "Het verschil is: in Hongarije mag je daar wél openlijk voor uitkomen, maar bij jullie niet. Wij kennen dus een veel grotere vrijheid van meningsuiting als het gaat om dit gevoelige dossier."

'Wij zijn ook migranten'

Op het festival klinkt ook een ander geluid. Naast het podium waar zojuist een koor Mongoolse keelzangers is begonnen, staat Krisztián Kovács-Pataki. In het dagelijks leven is hij telecom-ingenieur in de Hongaarse stad Tata, dicht bij de grens met Slowakije. Vandaag is hij met zijn vrienden gekomen om feest te vieren in vol vroegmiddeleeuws ornaat, inclusief bonte puntmuts, terwijl het 32 graden warm is.

Krisztián Kovács-Pataki heeft niet veel met de antimigrantenpolitiek:'Wij zijn in de basis óók migranten'

"Het voelt geweldig, elk jaar weer, om dit met elkaar te delen", zegt hij. "Maar met die antimigrantenpolitiek heb ik niets. Politici moeten het nou eenmaal hebben van leugens. Maar kijk naar de geschiedenis van de Hongaar zelf, die wij vandaag nota bene herdenken: onze voorouders zijn hier ooit ook als nieuwelingen gearriveerd. Wij zijn in de basis ook migranten."

Attila 2.0

Op de eretribune, tijdens de ruiterijfinale in de Attila de Hun-arena, zit tussen de hoogwaardigheidsbekleders de man die bekendstaat als Attila 2.0: András Zsolt Biró, bedenker en festivalmanager van de Osök Napja. Zijn blauw-paarse gewaad schittert in de namiddagzon en soms schudt hij theatraal zijn hoofd, waardoor de gitzwarte paardenstaart in zijn nek van links naar rechts zwiept.

Geen seconde verliest hij met zijn linkerhand de grip op de sabel die bungelt aan zijn heupgordel. Ingeklemd tussen Hongaarse vrouwen, gestoken in maagdelijk wit, volgt Biró de show van ruim honderd ruiters die in gevechtstenue galopperen door de openluchtarena.

De theorie over de Hongaar als 'oermigrant', die zichzelf vechtend een weg baande naar wat nu Midden-Europa heet, vindt hij maar niets. Geïrriteerd: "Wij Hongaren waren nomaden, geen migranten."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl