Casparij is 'heel erg gegroeid' bij Manchester City en klaar voor WK
Kerstin Casparij meldde zich deze week met een heel ander gevoel bij het trainingskamp van Oranje dan een jaar geleden. Toen, voor het EK, was ze nog vleugelverdediger bij FC Twente. Inmiddels heeft ze na een droomtransfer haar eerste seizoen bij Manchester City achter de rug en is ze klaar voor het WK.
"Ik ben heel erg gegroeid, op heel veel vlakken", vertelt de 22-jarige Casparij. De Engelse Women's Super League heeft een grote impuls gekregen sinds de Europese titel van Engeland en Manchester City - dat als vierde eindigde - is op het gebied van faciliteiten sowieso wereldtop.
Het is een treetje hoger dan FC Twente, de club waar ze tussen 2020 en 2022 speelde en twee keer landskampioen werd.
"Manchester City is heel veel technisch voetbal en daarin ben ik heel veel gegroeid. Dat wilde ik ook graag, veel voetballen en veel aan de bal zijn. En ook fysiek is het allemaal net iets anders dan in Nederland. Dus ik ben een stuk fitter, ik kan een stuk meer rennen."
Enige echte wingback
En veel rennen, dat is een belangrijke eigenschap voor een zogeheten wingback. Want Casparij kan misschien wel de enige echte wingback van Nederland worden genoemd.
"Nou, misschien wel", zegt Casparij. "Lynn Wilms speelt bij Wolfsburg ook wel veel op de wingback, maar ja, misschien wel."
De tweebenige Casparij weet dan ook precies wat een wingback moet kunnen. "Heel veel rennen", lacht ze. "Je moet een hele kant bestrijken, dus veel kilometers maken. Je moet er verdedigend en aanvallend bijzijn. Dus er wordt best wel wat van je gevraagd."
Zorgen voor basisplek?
De kans lijkt groot dat bondscoach Andries Jonker op het WK in Australië en Nieuw-Zeeland volgende maand met een 5-3-2-formatie zal spelen. En dat zou goed nieuws zijn voor een wingback als Casparij. "Ik ben daar niet ontevreden over. Maar ook bij 4-3-3 mocht ik al mee, voor mij zijn er bij beide systemen plekjes", relativeert ze.
Toch is Casparij niet zeker van een basisplek. Bij de laatste oefenwedstrijd in april tegen Polen (4-1 winst) probeerde bondscoach Jonker het met Victoria Pelova en Esmee Brugts als vleugelverdedigers. Baart dat Casparij zorgen?
"Nee, eigenlijk niet. De meiden kregen een kans en hebben het hartstikke goed gedaan. Ik weet wat ik kan en ik ben zelfverzekerd. Aan het einde van de dag is het de keuze van de trainer."
Soort basiselftal
Op de training van dinsdag leek er ook met een soort basiselftal te worden gespeeld tegen de rest, hoewel Dominique Janssen, Lineth Beerensteyn en Jill Roord zich later bij Oranje melden en Stefanie van der Gragt met knieproblemen aan de kant bleef. En ook dinsdag vormden Pelova en Brugts de wingbacks van Oranje.
Casparij blijft ook met die wetenschap rustig en zelfverzekerd: "Het is nog een maand. De 23ste begint het WK pas en dan wil ik daar staan. Hoe ik dat ga doen? Door te laten zien wat ik kan. Dat heb ik het afgelopen jaar al gedaan, zowel hier als bij de club. Ik moet het gewoon weer laten zien en mijn best doen. Dan komt het wel goed."