Kleinere bierbrouwers hebben het zwaar door hoge kosten
Jarenlang nam het aantal kleine brouwerijen in Nederland alleen maar toe. Maar vorig jaar en de eerste helft van dit jaar kwamen er aanzienlijk minder ondernemingen bij. Ook stopten er vrijwel net zoveel brouwers als er bij kwamen, blijkt uit cijfers van de stichting Erfgoed Nederlandse Biercultuur.
Tot en met 2021 kwamen er jaarlijks zo'n 100 nieuwe brouwers bij. Dit jaar staat de teller op 18, tegenover 14 brouwers die zijn gestopt. De stagnatie volgt na jaren van forse groei. Nederland telt nu 947 brouwers.
Grondstoffen, energie, statiegeld
Jan Ausems van de stichting Erfgoed Nederlandse Biercultuur zegt dat ondernemers steeds meer last hebben van hoge energiekosten en dure grondstoffen (hop, graan, glas en karton). En dan zijn er de nieuwe regels voor statiegeld die geld kosten. Desondanks, zegt Ausems, heeft Nederland nog altijd het hoogste aantal brouwers per hoofd van de bevolking.
Het zijn herkenbare problemen voor Rob van den Meijdenberg, tot een maand geleden eigenaar van KraftBier uit Tilburg. "Het idee om bier te gaan brouwen ontstond op een terras in Tilburg. Ik bestelde lokaal bier en toen kwamen ze aan met Amsterdams bier. In 2016 konden we een brouwinstallatie neerzetten. Dat liep goed en we moesten steeds meer bier brouwen."
Interen op winst
De laatste jaren moest de Tilburger al flink interen op de winst door de hoge kosten van karton, blik en transport. Daarbij bleef Kraftbier met een voorraad bierblikken zitten door de invoering van statiegeld. Er speelde "een giftige combinatie" van factoren waardoor Van den Meijdenberg er een punt achter zette. "Het is zeker een teleurstelling als het toch niet lukt. Ik heb ook wel een schuldgevoel dat ik medewerkers moest ontslaan."
Er zijn dus brouwers die stoppen, maar anderen bundelen juist hun krachten, zoals Van Moll Craft Beer, 100 Watt Brewery en de Tilburgse Stadsbrouwerij 013 uit Eindhoven. De drie merken gaan samen brouwen in een nieuwe fabriekshal met 40 ketels. Bierbrouwer Erwin van Moll: "Volgende week gaan we hier ons bier brouwen. We liepen alle drie tegen de beperkingen aan qua capaciteit. We moesten veel extern laten brouwen, wat je liever niet wilt. Dus toen dachten we: waarom doen we het niet samen?"
Van Moll denkt dat het onvermijdelijk is dat de markt van lokale biermerken verandert. Hij is niet bang dat de charme van het kleinschalige brouwen er vanaf gaat: "We zijn allemaal begonnen in de keuken met bierbrouwen in pannetje. Op een gegeven moment gaat juist de charme af van het knutselen. Dat is zeker leuk, maar op een gegeven moment zit de uitdaging in het groeien."