Minister Weerwind, collegelid Van Zutphen en collegevoorzitter Geels
NOS Nieuws

Over klokkenluiders, een ruziënd bestuur en een minister op afstand

  • Ben Meindertsma en Siebe Sietsma

    onderzoeksredactie

  • Ben Meindertsma en Siebe Sietsma

    onderzoeksredactie

Voor de buitenwereld is het instituut aan de singel van Utrecht het toonbeeld van bestuurlijke integriteit. En dat moet ook wel voor een college dat oordeelt in discriminatiezaken, adviseert over mensenrechten en de overheid geregeld op de vingers tikt. Maar achter de schermen woedt al maanden een crisis. Dit voorjaar barstte de bom. Een reconstructie.

Op een vrijdag in januari voeren vier van de acht collegeleden een lang en intensief gesprek met de integriteitscoördinator van Justitie en Veiligheid. Het is niet de eerste keer dat hij hoort hoe de vrouwen hun prestigieuze baan als collegelid bij het College voor de Rechten van de Mens ervaren, maar wel de eerste keer dat hij ze alle vier spreekt.

Er vallen stevige woorden. De collegeleden zijn boos. Ze vinden dat hun voorzitter, Jacobine Geel, alle macht naar zich heeft toegetrokken. In plaats van dat de acht leden gezamenlijk besluiten nemen, neemt Geel de belangrijkste besluiten zelf - met de twee of drie collegeleden die haar vertrouwen genieten. Woorden als vriendjespolitiek, intimidatie en machtsbederf vallen.

De vier juristen - ondervoorzitter Quirine Eijkman, voormalig advocate Britta Böhler, Mariam Chébti en Geneviève Lieuw - hebben een omvangrijk CV, zijn expert in hun vakgebied, maar vinden dat Geel de wereld naar haar hand zet. Dat de voorzitter naast deze fulltime baan nog vijf zware nevenfuncties heeft, helpt niet.

Commissie doet onderzoek

Dat er al jaren problemen zijn, erkent iedereen. Slechte verhoudingen en ideologische verschillen zorgen voor een moeizame samenwerking. Het is een ingewikkelde vorm van besturen, waarbij een managementteam de leiding heeft over 80 personeelsleden, met daarboven een college dat gevormd wordt door acht leden die door de Kroon zijn benoemd voor zes jaar. Alleen de voorzitter doet dat fulltime. Ze schrijven adviezen en oordelen als een soort rechter in discriminatiezaken - bijvoorbeeld in zaken van gedupeerden van de toeslagenaffaire.

De komst van Geel, twee jaar geleden, heeft de moeilijkheden niet opgelost. De voorzitter vindt dat er nog altijd problemen zijn met "de horizontale collegialiteit". Chébti en Lieuw, de twee collegeleden met een migratieachtergrond, voelen zich juist door Geel niet serieus genomen. Ze oordelen in discriminatiezaken, maar voelen zich zelf gediscrimineerd.

Op het ministerie zit men met de kwestie in de maag. Het college is onafhankelijk. Het valt onder Justitie, maar moet ook vrij zijn het departement te bekritiseren. Maar omdat de melders vanzelfsprekend niet terechtkunnen bij hun eigen voorzitter, besluit het ministerie de melding in behandeling te nemen. Een onafhankelijke commissie wordt gevraagd de melding te onderzoeken. Afgesproken wordt dat de melders anoniem blijven en het onderzoek vertrouwelijk.

Sfeer verslechtert na melding

Op de achtergrond speelt nog een probleem. Normaal gesproken ligt een herbenoeming voor nog eens drie jaar voor de hand, maar Chébti, Lieuw en Eijkman, van wie de benoeming deze zomer afloopt, hebben reden om zich zorgen te maken. Ze hebben te horen gekregen dat een herbenoeming geen vanzelfsprekendheid is, en dat erover gepraat moet worden.

Twee dagen voor het vertrouwelijke gesprek op het ministerie komt er toch goed nieuws voor Chebti en Lieuw: Geel steunt hun herbenoeming. Ze hoeven alleen nog maar in gesprek met een commissie van de Raad van Advies. Een opluchting, mede omdat niemand hen nu kan verwijten een melding te doen tegen Geel uit rancune, vertellen mensen uit hun omgeving.

De sfeer binnen het college verslechtert als in februari Geel geïnformeerd wordt dat er melding is gedaan over haar functioneren door meerdere collegeleden. Ze krijgt te horen dat het om vier melders gaat, dat ze wordt beschuldigd van discriminatie, intimidatie en vriendjespolitiek. Ze zegt later in een mededeling "door de aard en door zijn volstrekt onaangekondigde onverwachtheid" diep geraakt en geschokt te zijn.

'Operationele rol als bureau in de gevarenzone'

Er ontstaat een schijnbaar onwerkbare situatie. Geel weet dus dat vier van de zeven overige collegeleden geen vertrouwen meer in haar hebben. Ze weet formeel niet wie het zijn, maar moet wel verder met hen besturen. Voor de overige collegeleden en het management verzwijgt ze de ernst van de klacht. Ze zegt de inhoud van de melding niet te kennen, en niet te weten om hoeveel melders het gaat.

Op de dag dat ze hoort van de melding laat ze Quirine Eijkman, voor wie het nog steeds onduidelijk is of ze wel herbenoemd zal worden, weten dat ze haar voordracht niet zal steunen. Daar komt ze een dag later van terug. Ze mailt alle collegeleden dat ze niet de indruk wil wekken dat ze iemand benadeelt, en dat ze zich daarom terugtrekt uit alle herbenoemingsprocedures. De voorzitter van de Raad van Advies is nu aan zet.

Die voorzitter, oud-GroenLinks wethouder Yolan Koster, lijkt zich minder druk te maken om de schijn van benadeling. Een paar dagen later meldt ze Chébti en Lieuw dat hun herbenoemingsgesprek voorlopig niet doorgaat in het licht van de kwesties die spelen. Koster weet formeel niet wie de melders zijn, maar weet volgens betrokkenen wel degelijk wie de kritische collegeleden zijn.

Dan stuurt het managementteam een brandbrief naar het collegebestuur, de Raad van Advies en het ministerie met de vraag om in te grijpen. "De gevolgen van deze bestuurlijke kwestie (...) zijn dusdanig indringend dat het vervullen van onze operationele rol als bureau in de gevarenzone komt."

Ondertussen vrezen Chebti en Lieuw gestraft te worden voor hun melding en niet herbenoemd te worden. Een brief aan de Raad van Advies levert niets op. Ze sturen uiteindelijk een persoonlijke brief naar minister Weerwind voor Rechtsbescherming waarin ze stellen geen eerlijke herbenoemingsprocedure meer te krijgen. De minister (die officieel ook niet weet dat deze twee juristen betrokken zijn bij de melding) antwoordt de vrouwen dat ze daar inderdaad recht op hebben, maar grijpt niet in.

Frisse wind

Dan neemt de Raad van Advies een ongebruikelijk besluit. Tijdens een online vergadering begin april laat Yolan Koster de andere leden weten dat het tijd is schoon schip te maken. De bestuurscrisis duurt te lang, er moet iets gebeuren. Ze stelt voor om alle drie de leden niet meer opnieuw te benoemen, zodat er met nieuwe mensen een frisse wind kan waaien. Niemand roept in de vergadering de vraag op of door dit voorstel misschien de collegeleden worden geraakt die een melding hebben gedaan tegen de voorzitter.

De vergadering duurt maar een uur, daarna moet de brief met het besluit eruit. Niet alle leden zijn enthousiast, maar de Nationale Ombudsman Reinier van Zutphen - die lid is vanwege zijn functie - is voor. De vergadering stemt in.

Nieuwe brief naar Weerwind

Het besluit raakt alleen drie leden die kritisch zijn op Geel, maar in de toelichting schrijft Koster: "Uitdrukkelijk neemt de RvA met betrekking tot de 'schuldvraag' geen standpunt in". Ze zegt dat het besluit gesteund wordt door de leden die daar zitten vanwege hun functie: de Nationale Ombudsman, de voorzitter van de Raad voor de Rechtspraak Henk Naves en Aleid Wolfsen, de voorzitter van de Autoriteit Persoonsgegevens. Stuk voor stuk juridische zwaargewichten, die in hun baan te maken hebben met de bescherming van klokkenluiders.

Ze schrijft bovendien dat er "afstemming" heeft plaatsgevonden met het ministerie van Justitie. Volgens het ministerie ligt dat desgevraagd anders: ze zijn alleen "geïnformeerd" over het besluit niemand voor te dragen.

Voor Chebti en Lieuw is dat slikken, vertellen mensen in hun omgeving. Ze verliezen hun baan als gevolg van hun melding, vinden ze. Omdat ze ervoor hebben gekozen anoniem te blijven, kunnen ze niemand erop wijzen dat ze hier als klokkenluider worden benadeeld, zelfs de minister niet. Eijkman houdt de eer aan zichzelf: vlak voor de vergadering laat ze de Raad van Advies al weten niet voor een tweede termijn te gaan.

In een ultieme poging sturen Chebti en Lieuw begin april een nieuwe brief naar Weerwind. Ze vinden het niet deugen dat de Raad van Advies een lopende herbenoemingsprocedure heeft stopgezet. De minister, wiens departement heeft beloofd dat de melders beschermd worden tegen benadeling op grond van de klokkenluiderswet, grijpt weer niet in. En dus moeten de twee, omdat hun termijn in juli afloopt, op zoek naar een nieuwe baan.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl