Volgens onderzoekers van de Amerikaanse universiteit Yale zijn er naast Heineken nog zeker zeventien andere Nederlandse bedrijven actief in Rusland.
Terwijl het ene na het andere sanctiepakket door de EU werd gelanceerd, bleef het grootste deel van de export van Nederland naar Rusland afgelopen jaar overeind, zo blijkt uit de nieuwste cijfers van het CBS. De waarde van de export naar Rusland was in 2022 nog 62 procent ten opzichte van het jaar ervoor.
'Lafaards'
Jeffrey Sonnenfeld, hoogleraar aan Yale, houdt met een team bij welke internationale bedrijven zaken blijven doen in Rusland, in meer of mindere mate. Bedrijven krijgen een rapportletter van A tot F, waarbij A staat voor een bedrijf dat compleet is vertrokken en F voor een bedrijf dat is doorgegaan.
Deze week meldden onderzoeksjournalisten van Follow the Money (FTM) dat Heineken ondanks de aankondiging zich volledig terug te trekken uit Rusland, nog steeds investeert in het land. Als bedrijven daar blijven, spekken ze de oorlogskas van Vladimir Poetin, vindt Sonnenfeld. "Deze bedrijven voeden feitelijk de moordlustige oorlog tegen onschuldige burgers en de onmenselijke wreedheden." Hij noemt de bedrijven "laf" en geeft aan Heineken een lagere beoordeling te gaan geven na de berichtgeving van FTM.
Nederlandse bedrijven in de database van Sonnenfeld die naast Heineken nog steeds actief zijn in Rusland zijn onder anderen: Philips, JDE Peets, dat het moederbedrijf is van Douwe Egberts, ING en DP Eurasia, van de Domino's pizza's.
'Opties van vertrek'
Zeer teleurstellend, vindt Sonnenfeld. "Het is onvergeeflijk. Ze hebben geen excuus om daar te zijn. Niets daar is voor de bedrijven van vitaal belang. Bedrijven die zich niet hebben teruggetrokken, hebben geen excuus."
DP Eurasia bevestigt niet te zijn vertrokken. "DP Eurasia evalueert momenteel zijn aanwezigheid in Rusland, de impact van sancties en het vermogen om klanten in Rusland van dienst te zijn." Het bedrijf laat Nieuwsuur weten de opties van vertrek nog te overwegen, maar geeft daarover nog geen zekerheid. "Een verdere aankondiging zal worden gedaan als daar reden voor is."
Een vaste Kamercommissie hield vorige week een hoorzitting over Nederlandse bedrijven die zakendoen in Rusland, waarbij verschillende bestuurders uit het bedrijfsleven waren uitgenodigd. Jan-Willem Scheijgrond, manager van Philips, zei daar dat zijn bedrijf sinds het uitbreken van de oorlog alleen nog producten voor medische zorg en moeder- en kindzorg levert.
"We zijn gestopt met alle andere activiteiten en gaan daarmee een stuk verder dan de sancties, waar wij ons vanzelfsprekend ook aan houden. Sinds het begin van de oorlog is er geen scheerapparaat of tandenborstel meer door Philips geëxporteerd naar Rusland. We hebben al onze marketingactiviteiten in Rusland beëindigd", aldus Scheijgrond.
'Geld weggeven'
Ook JDE Peets, dat koffie en thee verkoopt, werd tijdens de hoorzitting bevraagd. "Dat ons bedrijf weinig of niets heeft gedaan om onze activiteiten in Rusland te veranderen, is niet waar", zei topman Fabien Simon.
Tal van maatregelen zou het bedrijf hebben genomen na de invasie van Oekraïne. "We hebben onder andere alle reclame voor onze internationale merken stopgezet, geen nieuwe kapitaalinvesteringen goedgekeurd en we hebben geen dividend in contanten uitgekeerd dat is gegenereerd door onze activiteiten in Rusland", zei Simon. JDE Peets zou zich houden aan alle sancties die Nederland en de EU uitvaardigen.
Topman Steven van Rijswijk van ING bevestigt de activiteiten in Rusland. "Wij zijn ook actief in Oekraïne, en laat ik heel helder zijn: ING ziet geen toekomst voor zichzelf in Rusland. We zouden er liever niet actief zijn", zei hij in de Kamer. Vandaag laat ING weten: "Als bank is onze kernactiviteit het verstrekken van leningen. Eenzijdig de relatie met Russische bedrijven beëindigen, betekent in feite het geld weggeven wat ons in de huidige omstandigheden met name onwenselijk lijkt."
Ambassadepersoneel
De ambassade van Oekraïne in Nederland voerde vanaf het begin van de invasie druk uit op Nederlandse bedrijven om er alsnog te vertrekken. Vaak met succes.
Het Twentse bedrijf Opra dat turbines maakt die worden gebruikt bij de olie- en gaswinning, bevestigt te zijn benaderd door ambassadepersoneel. Het bedrijf hield zich "strikt aan de sancties". Door het wegvallen van de Russische markt, aansluitend op de corona-epidemie, is het bedrijf vorige week failliet verklaard.
Ook Royal Swinkels, van onder meer Bavaria, bevestigt te zijn benaderd door de de Oekraïense ambassadeur in Nederland. Er liep in Rusland een licentiecontract dat door het bedrijf in de zomer werd opgezegd. Maar het stilleggen van de gehele productie stuitte op een juridisch probleem. "Zij begrepen het issue en waren blij dat we het licentiecontract in ieder geval hadden opgezegd", laat Swinkels weten.