Ondanks transfermiljoenen richt PSV pijlen op volgend seizoen: 'Daar moeten we bij zijn'
PSV heeft een uiterst drukke transferperiode achter de rug. Een ding is duidelijk: de club uit Eindhoven doet sportief een stapje terug. PSV koos er bewust voor om de tientallen binnengekomen miljoenen euro's niet direct te herinvesteren.
Want ga maar na: na de verkoop van Cody Gakpo aan Liverpool (50 miljoen euro) en Noni Madueke (38 miljoen euro) was het voor de PSV-leiding verleidelijk om op de transfermarkt nog flink tekeer te gaan.
Er passeerden de afgelopen weken veel namen de revue zoals Kamaldeen Sulemana, Viktor Tsygankov en Adnan Januzaj. Brands benaderde zelfs Memphis Depay, een realistisch telefoongesprek of een poging voor de bühne?
Op safe spelen
Uiteindelijk stonden Thorgan Hazard, Patrick van Aanholt en Fábio Silva achter de tafel met een PSV-shirt te poseren. De drie nieuwelingen zijn allemaal op huurbasis in Eindhoven neergestreken én zonder optie tot koop. Daarmee geeft PSV blijk op safe te spelen.
Brands liet weten dat hij en PSV geen paniekvoetbal wilden spelen en kijkt naar de toekomst. "Nu zijn onze handen meer vrij voor de lange termijn", zo vertelde hij tegen onder meer Voetbal International op de slotdag van de winterse transfermarkt.
Komende zomer stellen we een selectie samen voor twee directe Champions League-plekken, die dan via de eredivisie te verdienen zijn. Daar moeten we bij zijn.
Brands: "Komende zomer stellen we een selectie samen voor twee directe Champions League-plekken die dan via de eredivisie te verdienen zijn. Daar moeten we bij zijn. Zoals Ajax, Feyenoord, AZ en wellicht FC Twente dat ook willen."
Salarishuis
Een ander speerpunt voor Brands was (en is) dat het salarishuis van PSV omlaag moest. De club investeerde de afgelopen jaren ontzettend veel in de spelersbeloningen.
Ineens was het geen uitzondering dat voetballers zoals de inmiddels vertrokken Mario Götze, Eran Zahavi en Armindo Bruma tussen de 2 en 3 miljoen euro per jaar verdienden.
"Onze salarissen zijn in vijf jaar gestegen van 37 naar 63 miljoen euro per jaar. Er kwam te veel stress op onze transferpolitiek. Druk die niet meer gezond was", legde Brands uit, waarmee hij ook indirect verwees naar het vertrek van technisch directeur John de Jong, vorig jaar september.
"Vorig jaar haalde PSV bruto 65 miljoen binnen met verkopen, maar was er netto een plusje van 1 miljoen... Dat kan niet elk jaar. We hebben de kosten nu wat naar beneden gekregen."
Brands wilde met zijn uitspraken overigens geen kritiek leveren op de besluiten van zijn voorganger en oud-collega Toon Gerbrands. "Geen kwaad woord over hem."
"Ik had misschien wel precies dezelfde beslissingen genomen, in het voetballandschap in 2018 en daarna", aldus Brands, die daarbij wijst naar opmars van Ajax, dat vanaf 2018 exceptioneel, en met succes, in zijn selectie ging investeren.
"Alles is gewoon in goed overleg gegaan", aldus Brands. "De risico's zijn genomen in de wetenschap dat vanaf 2018 de inkomsten uit Europese toernooien sterk stegen. Maar na een aantal jaren zonder sportief succes kwam PSV deze zomer wel op een punt waarop er iets moest gebeuren."
En dus keek Brands in deze winterperiode extra secuur naar de vervangers die voor Gakpo, Madueke en Philipp Max moesten worden gehaald. Want PSV moest en zou waardige vervangers krijgen, als het aan trainer Ruud van Nistelrooij lag.
Met de komst van Hazard, Van Aanholt en Silva is vooral naar de financiële ambities van PSV gekeken, zonder het sportieve aspect helemaal uit het oog te verliezen.
"We hebben over vorig seizoen nog een klein plusje weten te realiseren, maar we willen niet steeds elk jaar verplicht voor 40 of 50 miljoen euro netto moeten verkopen om break-even te draaien", zei Brands.
"Dat vinden we een te grote druk leggen op onze transferpolitiek. Dat is geen verwijt aan de vorige leiding, maar we gaan het nu anders doen."