Bij de financiering van bijzonder hoogleraar Hein Vermeulen aan de Universiteit van Amsterdam is fout op fout gestapeld. Door een verborgen constructie bleef de echte geldschieter van de hoogleraar jarenlang buiten zicht. Dat blijkt uit onderzoek in opdracht van de universiteit. Vermeulen nam vorig jaar ontslag nadat Nieuwsuur onthulde dat hij heimelijk werd betaald door een belangenvereniging van vastgoedbeleggers.
Als Vermeulen in 2012 bijzonder hoogleraar wordt bij de Universiteit van Amsterdam, zit de universiteit krap bij kas. Daarom regelt hij zelf een geldschieter, een belangenvereniging van vastgoedbeleggers. Die betaalt hem echter niet rechtstreeks, maar via een opleidingsinstituut, de Amsterdam School of Real Estate.
Transparant
Op die manier ontstaat de schijn dat de bijzondere leerstoel van Vermeulen door een opleidingsinstituut wordt betaald, terwijl zijn werkelijke sponsor een belangenvereniging van vastgoedondernemers is. Dat druist in tegen afspraken in de wetenschap: hoogleraren moeten transparant zijn over hun belangen en geldschieters om te voorkomen dat ze stiekem worden beïnvloed.
Vermeulen handelt niet alleen. Uit het onderzoek, uitgevoerd door bureau Berenschot, blijkt dat de leidinggevende van de hoogleraar weet dat VBFV de financier wordt van Vermeulen. In hoeverre de leiding van de universiteit op de hoogte is van de constructie met ASRE als tussenpersoon, wordt uit het onderzoek niet duidelijk.
Geen melding van sponsoring
Als het bijzonder hoogleraarschap van Vermeulen in 2016 overgaat in een aanstelling als gewoon hoogleraar, lopen de betalingen door belangenvereniging VBFV nog vijf jaar door. Het gaat om 40.000 euro per jaar, waarvan de UvA geen weet had. "Het is niet bekend hoeveel dagen per week de hoogleraar de functie daadwerkelijk invulde", stellen de onderzoekers. Vermeulen kreeg daarnaast ook nog salaris van de UvA zelf.
Ook in wetenschappelijke publicaties maakt Vermeulen geen melding van de sponsoring door VBFV. Een externe commissie concludeert desondanks dat de publicaties niet 'op gespannen voet stonden met de principes en normen van wetenschappelijke integriteit.'
Vermeulen en Cornelisse ontkenden in eerste instantie het bestaan van een heimelijke financier tegenover de universiteit. Aan de onderzoekers van Berenschot geven ze nu alsnog toch toe dat daar wel degelijk sprake van was.
'Niet aanvaardbaar'
De huidige decaan van de rechtenfaculteit, André Nollkaemper, noemt de conclusies over de geheime financiering 'ernstig'. "Het feit dat de leerstoelhouder niet de noodzakelijke transparantie over de financiële constructie heeft verschaft en geen melding heeft gemaakt van doorbetaling van externe financiering na beëindiging van het bijzondere hoogleraarschap, is niet aanvaardbaar. Ook verder was het proces rond de instelling en het toezicht op deze leerstoel in de periode 2011-2016 onder de maat. De voormalig sectievoorzitter is in de uitoefening van zijn bestuurlijke verantwoordelijkheid onvoldoende kritisch geweest."
De universiteit wil niet zeggen of voormalig sectievoorzitter Rob Cornelisse aan kan blijven bij de universiteit, waar hij nog altijd hoogleraar is. De universiteit vindt dat een aangelegenheid tussen medewerker en werkgever. Cornelisse laat weten dat hij niet wil reageren tegenover Nieuwsuur. Vermeulen gaat niet in op een verzoek om commentaar.