Ruzies tussen scheidende ouders lopen soms zo hoog op dat de rechter zich genoodzaakt voelt een jeugdbeschermer in te schakelen. Die moet de kinderen dan beschermen.
Maar de overbelaste jeugdbescherming lukt het vaak niet om met een oplossing te komen voor de vaak langslepende en bittere conflicten. Inmiddels denkt ook minister Franc Weerwind voor Rechtsbescherming dat de aanpak bij vechtscheidingen anders moet.
Ouders hebben vaak al besloten: we gaan samen ten onder.
"Complexe scheidingen zijn de moeilijkste zaken die ik zie", zegt kinderrechter Susanne Tempel. "Het aantal vechtscheidingen dat bij de rechter belandt neemt toe, net als de complexiteit ervan."
Geregeld besluiten kinderrechters de hulp van een jeugdbeschermer in te roepen. Die krijgt dan een vaak ondankbare taak. "Meestal is de ruzie al zo ver geëscaleerd dat het niet meer realistisch is om een verandering bij de ouders te verwachten", zegt jeugdbeschermer Manuelle. Om privacyredenen gebruikt ze alleen haar voornaam.
Wanneer de rechter de jeugdbescherming erbij haalt, vertelt Manuelle, "zitten ouders al in de 'we gaan samen ten onder'-fase". De voormalige geliefden gunnen elkaar het licht in de ogen niet meer.
De jeugdbescherming voert deze maanden actie omdat ze al het werk simpelweg niet meer aankan. Elke jeugdbeschermer heeft twee keer zoveel gezinnen als eigenlijk verantwoord is, meldt vakbond FNV. In 60 tot 70 procent van de gezinnen die jeugdbeschermers begeleiden, is er sprake van een complexe scheiding, aldus het ministerie van Justitie.
De jeugdbeschermers schakelen voor de gezinnen hulp in, maken afspraken over de omgang met de kinderen en proberen ouders aan die afspraken te houden. Een vaak schier onmogelijke opdracht, zegt Manuelle. "Beide ouders doen in de praktijk vaak hun uiterste best om mij een kant te laten kiezen. Je moet goed opletten om zelf geen onderdeel van het conflict te worden."
Ook in het gezin van Iris moest de jeugdbescherming ingrijpen. Maar die had nauwelijks oog voor de kinderen, zegt ze:
De strijdende houding van de ouders keert zich regelmatig ook tegen de jeugdbeschermer zelf. Manuelle: "Dan dienen ze allerlei klachten tegen ons in. Soms voelt het daarom alsof onze betrokkenheid juist olie op het vuur gooit."
"Ik probeer er altijd weer met volle moed in te gaan, hopend dat er verbetering komt in het conflict. Maar op een gegeven moment zuigt het je ook leeg, doordat de strijd tussen ouders toch nog doorgaat."
Angst voor burn-out
Enkele collega's van Manuelle geven aan geen vechtscheidingen meer te willen doen uit angst voor een burn-out. Manuelle heeft zelf weinig complexe scheidingen snel en positief afgerond, geeft ze eerlijk toe. "Ik vraag me soms af of de jeugdbescherming wel kan bijdragen aan het voorkomen van meer escalaties tussen de ouders."
Ook Franc Weerwind, de minister voor Rechtsbescherming, ziet de toename van complexe scheidingen die bij de jeugdbescherming belanden als een probleem. Hij vindt hun hulp vaak niet passend en zoekt nu alternatieven om gezinnen te helpen.
De minister wil een route waarbij specialistische expertise eerder beschikbaar is om ouders te helpen en hen te bewegen hun ernstige conflicten op te lossen. Het gaat ook om het wegnemen van onzekerheid over onderdak, het aanpakken van schulden en persoonlijke problemen die tot een verharding van het conflict kunnen leiden. Hij en staatssecretaris Maarten van Ooijen (Volksgezondheid) overleggen hierover met onder meer Jeugdzorg Nederland, de Raad voor de Kinderbescherming en gemeenten.