Gasenquête: kwetsbaarheid kinderen in aardbevingsgebied zwaar onderbelicht
Op de laatste dag van de openbare verhoren van de Parlementaire Enquête aardgaswinning Groningen ging het nog een keer nadrukkelijk over de veiligheid in Groningen.
Na de politieke kopstukken, oud-ministers en premier Rutte ging de commissie terug naar de kern van het probleem in Groningen, de fysieke en psychische onveiligheid van mensen die in het aardbevingsgebied wonen. In de laatste van de 69 verhoren was er speciale aandacht voor de kinderen in het gebied.
Kinderombudsman Margerite Kalverboer vertelde dat er veel te weinig aandacht is voor de impact die de aardbevingen hebben op kinderen in het aardbevingsgebied. Kalverboer trad in 2016 aan als belangenbehartiger van kinderen, vier jaar na de zwaarste aardbeving in Huizinge tot nu toe.
Ze is zelf afkomstig uit Groningen en had gemerkt dat het niet goed gaat met kinderen en jongvolwassenen in het getroffen gebied. Tot haar aantreden had de Kinderombudsman zich nog niet echt met Groningen bezig gehouden.
Vertrouwen geschonden
Ook daar werd de urgentie aanvankelijk niet gevoeld, vertelde Kalverboer. Dat veranderde na persoonlijke gesprekken met kinderen in het gebied. Er volgden onderzoeken waaruit duidelijk werd dat vooral kinderen in kwetsbare gezinnen het zwaar hebben. Het gaat dan bijvoorbeeld om gezinnen waar de ouders alleen nog maar bezig zijn met de problemen met hun huis door de gaswinning.
Haar zorg is dat kinderen zich niet voldoende kunnen ontwikkelen, omdat ze te veel aan hun hoofd hebben. Dat heeft gevolgen voor hun school, maar ook voor hun vertrouwen in mensen, stelt Kalverboer. "Hoe ga je om met vertrouwen, als je ouders je niet kunnen beschermen, dan schendt dat ook jouw vertrouwen in volwassenen. Ouders vallen van een voetstuk op een moment in hun leven dat dat niet zou moeten. Dat werkt door op hoe ze later in relaties met elkaar omgaan", beschrijft ze.
Veel kinderen willen er niet meer over praten, signaleert Kalverboer. Ze hebben het gevoel dat ze toch niet worden begrepen, zelfs niet door leeftijdsgenoten met wie ze in de stad Groningen naar school gaan. Ze hebben niet dezelfde ervaringen als de kinderen in het meest door aardbevingen getroffen gebied.
Kalverboer uitte stevige kritiek op scholen in het aardbevingsgebied. "Er waren scholen die zeiden we gaan daar kinderen niet mee belasten, want die worden alleen maar bang als ze hier nog meer bij betrokken worden. Als ze het er niet over hebben dan is het er ook niet", zegt Kalverboer. Maar dat is niet de juiste aanpak vindt zij. "Kinderen willen juist informatie."
Eindconclusie
De positie van kinderen was een belangrijk punt voor de parlementaire enquêtecommissie. De Kamerleden gingen in gesprek met scholieren en studenten over wat zij merken van de aardbevingsproblematiek. De commissie bezocht twee basisscholen, een middelbare school en een mbo-school.
De commissie trekt zich nu terug en beraadt zich op alle verhoren. Voorzitter Tom van der Lee (GroenLinks) verwacht begin volgend jaar de conclusies te presenteren.