Mensenrechtencentrum VU Amsterdam wordt opgedoekt na kritisch rapport
Robert Chesal
redacteur Buitenland
Robert Chesal
redacteur Buitenland
Het door China gefinancierde mensenrechteninstituut van de Vrije Universiteit Amsterdam (VU) wordt definitief opgeheven. Deze maatregel neemt de VU naar aanleiding van een kritisch rapport door externe onderzoekers.
Het Cross Cultural Human Rights Centre (CCHRC) van de VU raakte in januari dit jaar in opspraak na de onthulling van de NOS dat het instituut werd gefinancierd door een Chinese universiteit. Medewerkers van het centrum bleken verschillende keren in China te gast te zijn geweest, waar zij het vaak publiekelijk opnamen voor het Chinese mensenrechtenbeleid.
Na deze berichtgeving liet de Vrije Universiteit weten geen Chinese financiering voor het CCHRC meer te accepteren. Kort daarna schortte de universiteit alle activiteiten van het mensenrechteninstituut op en liet de academische onafhankelijkheid van het instituut toetsen door een externe commissie. Dat onderzoeksrapport is vanavond online gezet en is zeer kritisch op zowel het CCHRC als de VU.
Kwetsbaar voor misbruik door China
De commissie, geleid door oud-rector magnificus Carel Stolker van de universiteit Leiden, vindt het onderzoek van het mensenrechteninstituut kwetsbaar voor misbruik door China. De inzichten die het instituut naar buiten brengt, kunnen "door de Chinese overheid worden ingezet om het eigen mensenrechtenbeleid te gieten in bewoordingen die beter lijken aan te sluiten bij mondiale mensenrechtendebatten". Dit kan volgens de commissie "leiden tot een legitimatie en instandhouding van het mensenrechtenbeleid van een autocratisch regime".
De commissie heeft "ernstige bedenkingen" bij de wetenschappelijke methode die het CCHRC gebruikt voor onderzoek in China, de zogenoemde receptorbenadering. De commissie vindt het "uiterst twijfelachtig" dat de toepassing ervan "in centraal geleide staten als China, met weinig ruimte voor afwijkende opvattingen" tot wetenschappelijk verantwoorde bevindingen kan leiden.
Prijst de NOS
Tegen de NOS zegt rector magnificus Jeroen Geurts van de VU dat hij schrikt van "de harde noten die in het rapport worden gekraakt over de methodologie van het centrum en de uitlatingen van de medewerkers. Dat is de reden dat we besloten hebben om, in overleg met de faculteiten, het centrum te sluiten."
De VU prijst de rol van de NOS. De onthullingen van de journalisten hebben "bijgedragen aan versnelde bewustwording van de risico's rondom de eenzijdige financiering van het centrum" en dat bevestigt "de waarde van onafhankelijke en vrije pers, die ons op verschillende vlakken in de samenleving, in de politiek maar zeker ook binnen wetenschap een spiegel voorhoudt", aldus de universiteit.
De CCHRC-onderzoekers schurken met hun publicaties en uitingen nauw aan tegen de uitspraken van de president van China.
De onderzoekscommissie vindt dat de VU een betere inschatting had moeten maken van de risico's van eenzijdige financiering door een Chinese universiteit. Daarnaast wijst de commissie erop dat de onderzoekers van het CCHRC en verantwoordelijke bestuurders van de faculteit niet open zijn geweest over de financiering uit China. Dat hebben ze niet gemeld op hun websites of in publicaties. De commissie-Stolker wijst erop dat dat in strijd is met de Nederlandse gedragscode wetenschappelijke integriteit.
Onderwijsminister Dijkgraaf noemt het terecht dat de VU kritisch kijkt naar financiering uit internationale bronnen en snapt dat de universiteit na het onderzoek heeft besloten het centrum te sluiten. "Deze zaak toont opnieuw aan wat het belang is van zorgvuldig en bewust aangaan van internationale samenwerkingen. Dat heb ik al vaker gezegd en dat zal ik blijven benadrukken."
'Niet gekocht'
In een schriftelijke reactie zeggen de medewerkers van het CCHRC verheugd te zijn met de uitkomst van het rapport. Zij schrijven blij te zijn dat er "geen bewijs is dat individuele onderzoekers" van het centrum "hun opvattingen hebben laten 'kopen' door de Chinese partneruniversiteit of zich onder druk van deze universiteit schuldig hebben gemaakt aan zelfcensuur".
Dat is echter niet precies wat de commissie-Stolker concludeert. In het rapport staat dat de Commissie "geen bewijs heeft gevonden" voor dat soort druk of omkoping. Daarbij benadrukt de commissie dat zulk gedrag zeer moeilijk te bewijzen valt. De commissie meldt ook expliciet geen inzage te hebben gevraagd in de mailboxen van CCHRC-onderzoekers of in "versies van publicaties uit persoonlijke bestandsmappen".
De commissie-Stolker besteedt ruim aandacht aan publicaties en uitlatingen van directeur Tom Zwart en andere onderzoekers van het centrum. "De onderzoekers van het Centrum schurken met hun publicaties en andere publieke uitingen nauw aan tegen de politieke uitspraken van de president van China", schrijft de commissie.
Het rapport maakt korte metten met een aantal claims van Zwart, onder meer dat China voldoet aan de eisen van het internationaal recht en binnen het universele mensenrechtenbouwwerk opereert. De commissie schrijft dat Zwart met zijn argumenten de indruk wekt "sterk verbonden te zijn met het dominante politieke Chinese paradigma."
Directeur Tom Zwart zegt dat hij het niet eens is met de conclusies van het rapport over de methodologie van zijn onderzoek. "De commissie vertelt ons hoe wij ons onderzoek moeten doen in China. Maar zij hebben zelf geen enkele onderzoekservaring in China, en wij hebben 70 jaar in totaal." Zwart zegt tegenover de NOS dat het CCHRC wel vrede heeft met het besluit van de VU om het centrum te sluiten. "Als zij er een punt achter zetten, dan gaan we ergens anders door."