220 km/u op 3 meter hoog: de gewaagde helikopterredding uit Azovstal
"We wisten dat het enkele reis kon zijn", zegt een bemanningslid.
Zeven vluchten voerden de Oekraïense strijdkrachten uit naar de belegerde Azovstalfabriek in Marioepol, om voorraden te brengen en gewonden te evacueren. Drie vluchten kwamen niet terug. Persbureau AP sprak voor het eerst met militairen die erbij betrokken waren.
"Het was bijzonder angstig", zegt piloot Oleksandr. "Je zag de explosies om je heen en de volgende granaat kon op onze plek terechtkomen."
Lager dan de boomtoppen
De vluchten begonnen nadat de eerste Oekraïense militairen op het omsingelde industriecomplex zich hadden overgegeven aan de Russen. Het was onmogelijk de duizenden achtergebleven militairen te ontzetten, maar zolang ze bleven vechten, konden de Russen niet optrekken naar andere doelwitten.
De regering in Kiev besloot daarom met helikopters voedsel, water, munitie en medicijnen in te vliegen en gewonden op de terugweg te evacueren. Een uiterst riskante onderneming, die nog eens gevaarlijker werd naarmate de vijand meer terrein veroverde.
Om het Russische geschut te ontlopen vlogen de helikopters laag en snel: 220 kilometer per uur, soms niet hoger dan 3 meter van de grond. Lager dan de toppen van de bomen dus, met soms een uitschieter naar boven om elektriciteitsdraden te ontwijken.
Amputatie
Een van de mannen die op evacuatie wachtten, was Buffalo. Hij vroeg persbureau AP alleen zijn bijnaam te gebruiken, omdat hij niet het verwijt wil krijgen aandacht te zoeken terwijl strijdmakkers zijn omgekomen of krijgsgevangen zijn gemaakt.
De 20-jarige militair raakte zwaargewond toen hij op 20 maart probeerde een tank uit te schakelen met een antitankwapen. Daarbij werd hij geraakt door een 120mm-granaat. "Ik wilde naar een keldertje kruipen om daar rustig te sterven", dacht Buffalo toen hij bijkwam naast een brandend wrak, maar collega's haastten zich met hem naar een veldhospitaal.
Zijn linkerbeen was totaal verminkt, zijn rechterbeen was gewond en zijn rug zat vol granaatscherven. Toch beschouwt Buffalo zichzelf als een van de gelukkigen: bij zijn amputatie drie dagen later waren de narcosemiddelen nog niet op.
Vol galgenhumor vroeg hij na de operatie wie hem zou vergoeden voor de tien tatoeages die hij nu moest missen.
De piloot op de vlucht die Buffalo uit deze hel zou halen was de 51-jarige Oleksandr. Hij wist dat de evacuatie de moeilijkste vlucht uit zijn 30-jarige carrière zou worden, maar wilde niet dat de Azov-strijders zouden denken dat de buitenwereld hen was vergeten.
Toch viel voor Buffalo zelf het vertrek in de nacht van 4 op 5 april zwaar. Hij wist dat als hij vertrok zijn water en voedsel naar de achterblijvers zouden gaan. "Maar er was ook pijn. Zij bleven achter en ik liet hen in de steek."
Hij berustte er daarom in toen het er even op leek dat hij zou achterblijven. Bij het inladen had men hem in een donker hoekje van het ziekentransport over het hoofd gezien. Hij was te schor om het geluid van de rotorbladen te overstemmen.
"Vandaag dus niet", dacht hij bij zichzelf, totdat hij iemand hoorde schreeuwen: "Jullie zijn er nog eentje vergeten in de vrachtwagen."
Een laatste bericht
In de cockpit wachtte Oleksandr ondertussen gespannen af. De paar minuten op de grond leken urenlang te duren. Zodra het kon steeg hij op voor de thuisreis.
Een bemanningslid probeerde Buffalo gerust te stellen in de cabine met de verzekering dat ze snel veilig zouden zijn. "Het maakt me niet uit of we aankomen", antwoordde Buffalo. "Ik heb mijn hele leven al eens een helikoptervlucht willen maken, die droom is uitgekomen."
Oleksandr vreesde ondertussen voor al hun levens. Een raket ging vlakbij af en schudde zijn heli "als een speelgoedje" door elkaar. Een tweede helikopter meldde over de radio dat de brandstof opraakte, het was het laatste dat ze van die vlucht hoorden.
Ruwe vlucht
Na de veilige landing in Dnipro werd piloot Oleksandr gevraagd zich bij de geëvacueerde militairen achterin de helikopter te melden. Hij vreesde dat de inzittenden verhaal wilden halen over de ruwe vlucht. "Maar toen ik de deur opende, hoorde ik 'dankjewel'", zegt hij opgelucht.
"Iedereen applaudisseerde", herinnert Buffalo zich dat moment. "We zeiden de piloten dat ze het onmogelijke hadden gedaan."