Een fenomenaal Nederlands voorjaar, met kippenvel in Vlaanderen en Roubaix
Met Mathieu van der Poel in de lappenmand en Wout van Aert in bloedvorm zag het er bij het begin van de lente nog niet rooskleurig uit voor de Nederlandse wielrennerij. Een zege in zowel de Ronde van Vlaanderen als Parijs-Roubaix, wat 39 jaar geleden voor het laatst gebeurde?
Het lag niet voor de hand. Maar het gebeurde wel.
Bekijk hieronder een overzicht van de belangrijkste voorjaarsklassiekers bij de mannen:
"Het was een fenomenaal voorjaar zelfs", vat NOS-analist Danny Nelissen het samen. Een typering waar commentator Stef Clement zich bij aansluit. Hij was in Roubaix op 17 april toen Van Baarle in zijn eentje de Velodrome kwam binnenrijden.
Kippenvel in Roubaix
"Dat was kippenvel. We voelden het gek genoeg al een beetje aankomen die dag. Dione presenteerde het programma en zei om 11.00 uur 's ochtends nog dat ze had gedroomd van een winnende Van Baarle. Dat het vervolgens uitkomt, is wel heel bijzonder."
Twee weken daarvoor pakte Van der Poel die andere hoofdprijs in het voorjaar. "Hij wint de moeilijkste koers van het voorjaar, met de korte voorbereiding die hij heeft gehad. Dat maakte indruk. De meeste jongens die in Vlaanderen en Roubaix goed willen zijn, bereiden zich fysiek en mentaal al vanaf november voor. Dat heeft Van der Poel door zijn rugblessure niet kunnen doen."
Van der Poel was nog herstellende, maar zijn trainingen gingen zo goed dat hij half maart, door coronabesmettingen binnen zijn Alpecin-ploeg, werd opgeroepen voor Milaan-Sanremo. "Waar hij meteen derde wordt", valt Clement van verbazing nog steeds van zijn stoel.
En dat terwijl het er in februari en begin maart nog op leek dat een Nederlandse ploeg alles aan gort zou rijden.
Nelissen: "We dachten dat Jumbo-Visma minstens drie monumenten zou winnen, door de manier waarop ze rondreden. Met z'n drieën wegrijden in de finale van een etappe in Parijs-Nice... Ongekend. En dan het 1-2'tje van Van Aert met Christophe Laporte in de E3 Prijs... Maar als je uiteindelijk de rekening opmaakt na Luik, valt het toch iets tegen."
Ik begin te geloven dat Van der Poel toch echt een betere renner is dan Van Aert
Het valt tegen qua overwinningen. "Dat heeft ook te maken met pech. Van Aert testte vlak voor Vlaanderen positief op corona en Primoz Roglic liep tegen een knieblessure aan, waardoor hij de Waalse Pijl en Luik moest laten schieten."
"Pas op", voegt Clement toe, "Van Aert wordt nog steeds tweede in Roubaix en derde in Luik. Hij is de meest complete renner. Een wereldcoureur. Hij kan alle monumenten winnen, alle voorjaarswedstrijden. Maar hij moet het eerst nog wel doen. Vooralsnog begin ik te geloven dat Van der Poel van die twee toch echt de betere renner is. Die ook zeven van de tien keer Van Aert klopt."
En Clement constateert dat Jumbo-Visma het, als een van de twee Nederlandse WorldTour-ploegen, van 'slechts' twee wereldtoppers moet hebben.
"Het is fantastisch wat ze wel gepresteerd hebben, met de zeges van Van Aert in de Omloop Het Nieuwsblad en de E3 Prijs en met de zege van Roglic in Parijs-Nice, maar die overwinningen moeten dus van die twee komen. Terwijl bij een team als Ineos iedereen kan winnen, zo is gebleken."
Ineos maakt indruk
De week tussen de Amstel Gold Race en Parijs-Roubaix maakte diepe indruk. "Ze waren er op het moment dat de echte prijzen werden verdeeld. In een week tijd wonnen ze met twee renners in het Baskenland, met Kwiatkowski in de Gold Race, met de jonge talentvolle Magnus Sheffield in de Brabantse Pijl en met Dylan in Roubaix."
Bekijk hieronder de emotionele reactie van Servais Knaven op de zege van Van Baarle in Roubaix:
"En dan was Ben Turner in die week zo'n beetje de patron binnen het peloton die alles bepaalde. Ze hadden Tom Pidcock en Egan Bernal niet eens nodig."
Voor Nelissen viel een andere formatie in negatieve zin op. "Het niet presteren van QuickStep, op alle fronten, dát viel op. Normaal gesproken winnen ze áltijd een kasseienklassieker. Hoe het komt, weet ik niet precies."
De lone wolves van QuickStep
De zege van Remco Evenepoel in Luik? Het was indrukwekkend hoe hij het deed, maar het was slechts een doekje voor het bloeden. QuickStep was in de meeste wedstrijden niet eens in de toptien terug te vinden. "Als een paar cruciale renners het niet brengen, valt de roedel wolven uit elkaar. Dan zijn het niet meer dan een paar lone wolves."
Terug naar het Nederlandse voorjaar, met in totaal vier zeges. Naast De Ronde won Van der Poel ook nog Dwars door Vlaanderen, Jakobsen toonde zich de beste sprinter en schreef Kuurne-Brussel-Kuurne op zijn naam en Van Baarle won de mooiste klassieker van allemaal.
Uit de schaduw
Nelissen: "Dat Jakobsen de beste sprinter lijkt te zijn, is natuurljk fantastisch. Hij wilde Gent-Wevelgem winnen, dat lukte niet. En ook de Scheldeprijs mislukte. Maar hij kan de komende jaren in die koersen nog stappen zetten."
Clement: "We moeten ons verder niet blind staren op deze zeges, want achter dit fenomenale succes gaapt er een groot gat. Dat moet nog opgevuld worden in de breedte. Als Olav Kooij de meest opvallende Nederlandse renner is van Jumbo-Visma en we er bij DSM niet eens één kunnen noemen die iets bijzonders gepresteerd heeft in voorjaarsklassiekers, dan is er wel werk aan de winkel."
Een eervolle vermelding is er tenslotte voor het werk van Aike Visbeek, die tegenwoordig performance manager is bij Intermarché-Wanty-Gobert Matériaux, zoals de Belgische formatie voluit wordt genoemd.
Visbeek, die eerder Dumoulin naar de eindzege loodste in de Giro, heeft met een middelmatige ploeg optimaal gepresteerd. Met als hoogtepunt de overwinning in Gent-Wevelgem van Biniam Girmay, de eerste Afrikaan op de erelijst van een voorjaarsklassieker.
Nelissen: "Hij weet hoe je renners moet motiveren, hoe je een ploeg moet leiden. Je ziet dat je met een goed moraal een eind komt. People's management, hij is er goed in."
Bekijk hieronder de hoogtepunten van het voorjaar voor de vrouwen, met wie we zondag al kort terugblikten: