Stefan de Vrij (r) vorige maand in een Champions League-wedstrijd tegen Liverpool
NOS NieuwsAangepast

Voormalig zaakwaarnemer moet Oranje-voetballer De Vrij 4,75 miljoen betalen

De voormalige zaakwaarnemer van voetballer Stefan de Vrij moet hem een schadevergoeding van 4,75 miljoen euro betalen. Dat heeft de rechtbank in Amsterdam bepaald in een zaak die door de Internazionale-speler en Oranje-international was aangespannen.

De zaak draait om de transfervrije overgang van De Vrij in 2018 van Lazio naar Inter. Daarbij zat ook het sportmanagementbureau SEG aan tafel. De Vrij was in de veronderstelling dat SEG daar was om zijn belangen te behartigen. Maar SEG zei bij een zitting in februari dat het exclusief voor Inter optrad.

Het ontving daar een commissie van 7,5 miljoen euro en een aanvullende vergoeding van 2 miljoen euro voor. De Vrij hoorde dat vorig jaar pas.

Stefan de Vrij

De rechtbank oordeelt dat SEG óók voor De Vrij heeft bemiddeld. In dat geval moet volgens de wet transparant zijn welke afspraken er onderling zijn gemaakt. SEG heeft dat niet gedaan en daarmee de mededelingsplicht geschonden, zegt de rechtbank.

Het is niet mogelijk exact vast te stellen wat de schade voor De Vrij is geweest. De rechtbank houdt het op 4,75 miljoen euro.

"Ik ben zeer blij dat gerechtigheid is geschied", zegt De Vrij in een reactie. "Dit is een grote overwinning voor mij persoonlijk. Daarnaast was het ook een principezaak met een boodschap naar andere spelers toe: zorg ervoor dat je altijd de controle behoudt over je carrière en laat je steeds bijstaan door onafhankelijke advocaten die enkel voor jou werken."

SEG overweegt hoger beroep

SEG laat in een statement weten te overwegen in hoger beroep te gaan. Het sportmanagementbureau bestrijdt dat De Vrij als cliënt van SEG moet worden gezien en stelt ervan overtuigd te zijn dat de verdediger volledig is geïnformeerd.

"De rechtbank heeft vastgesteld dat De Vrij financieel niet door ons is benadeeld en heeft desondanks geoordeeld dat we de commissie moeten delen. We betreuren dat de rechtbank in haar oordeel geen aandacht heeft gegeven aan door ons onderbouwde cruciale stellingen en we overwegen hoger beroep in te stellen."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl