Sri Lanka in crisis, vrijwel alle ministers bieden ontslag aan
In Sri Lanka hebben vrijwel alle ministers en de gouverneur van de centrale bank hun ontslag ingediend. Dat kwam na weer een dag vol protesten tegen de economische crisis en de president en de premier. Die worden door de betogers verantwoordelijk gehouden.
Alleen premier Mahinda Rajapaksa wil nog aanblijven. President Gotabaya Rajapaksa, een broer van de premier, roept nu op tot een regering van nationale eenheid. "Gezien de noodsituatie is het in het belang van de burgers en toekomstige generaties nu tijd dat we samenwerken", zei hij. Daarom nodigt hij alle partijen in het parlement uit om aan de regering deel te nemen om zo een weg uit de crisis te vinden.
De oppositie in het parlement voelt daar niets voor. Ze blijft aandringen op het vertrek van zowel de president als de premier.
Schulden
Sri Lanka zit diep in de schulden. De koers van de nationale munt is daardoor gekelderd. Maar ook door de ineenstorting van het toerisme in de coronacrisis en de daaropvolgende prijsstijgingen, is er geen geld om brandstoffen, voedsel en medicijnen te importeren.
Dat leidde tot urenlange stroomtekorten en andere tekorten aan basisbehoeften. De president riep zaterdag de noodtoestand uit, omdat het protest tegen de crisis steeds gewelddadiger werd. Sociale media werden kort geblokkeerd. Een dag eerder voorkwam hard ingrijpen van de politie dat betogers naar de ambtswoning van de president optrokken. Ze eisten zijn aftreden.
Gisteren waren er ondanks een uitgaansverbod weer veel demonstranten op de been. Zo'n 600 mensen zijn opgepakt. In de hoofdstad Colombo verliepen demonstraties vreedzaam. Elders kwam het tot botsingen tussen studenten en de politie. Ook vandaag zijn er weer demonstraties.
Op de aandelenbeurs van Colombo zakten de koersen vandaag verder weg. De index staat een derde lager dan het begin van het jaar.