Steeds meer mensen stemmen lokaal, maar maakt het verschil?
In de gemeente Druten in Gelderland maken 'de lokalen' de dienst uit. Zeven lokale partijen telt de gemeenteraad. Er is maar één raadslid van een landelijke partij, het CDA.
Opvallend, maar niet uitzonderlijk. In veel meer gemeenten hebben lokale partijen de macht. En ondanks alle aandacht voor corona en andere (inter)nationale kwesties, lijken ze over een kleine maand bij de gemeenteraadsverkiezingen samen minstens zo groot te blijven.
Het hele land stemt steeds meer lokaal:
Aan kiezers vroegen we daarom: ben je van plan lokaal te stemmen? En aan wethouders en raadsleden: waarom zou je lokaal stemmen?
Onderscheid
Eerst even: wat zijn lokale partijen precies? Dat lijkt simpel, maar blijkt nog niet zo makkelijk te definiëren. In ieder geval zijn het partijen die wél in gemeenten meedoen maar niet op provinciaal of landelijk niveau. Lijst Harry Bakker in de gemeente Drimmelen is duidelijk een lokale partij (en in die gemeente overigens de grootste), de VVD in Drimmelen duidelijk niet.
Maar wat te denken van Groen Drimmelen? Die partij is een samenwerkingsverband van de Vooruitstrevende Partij en D66.
In dit stuk gaan we uit van cijfers van de Kiesraad, en die noemt partijen lokaal als ze géén banden hebben met een landelijke partij. Partijen als Groen Drimmelen zien we daarom niet als lokaal.
Wij hebben geen carrièrejagers in de partij.
We zagen al dat lokale partijen het samen steeds beter doen. Zouden alle lokale partijen één partij vormen, dan halen ze waarschijnlijk de meeste stemmen. Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 kregen lokale partijen 29 procent van het totaal aantal stemmen. De VVD, de grootste landelijke partij, haalde slechts 13,5 procent.
In de gemeente Brunssum werd de lokale partij BBB Lijst Palmen de grootste. Alle wethouders zijn daar van lokale partijen. De lokale lijsttrekker van PAK, Servie L'Espoir, snapt wel waarom mensen graag lokaal stemmen. "Wij zijn gefocust en kijken puur naar Brunssum. Onze achterban, onze leden die gáán ook voor Brunssum. Wij hebben geen carrièrejagers in de partij."
In veel meer gemeenten won een lokale partij:
In de nieuwe gemeente Maashorst hielden ze in november herverdelingsverkiezingen. Jong Maashorst (voorheen dat Jong Uden) werd met zeven van de 31 zetels gelijk de grootste partij. De aantrekkingskracht van deze en andere lokale partijen is dat ze niet gebonden zijn aan "regels vanuit Den Haag, vanuit een landelijke partij", zegt lijsttrekker Gijs van Heeswijk. "Wij zijn autonoom en kunnen beter inspelen op lokale vraagstukken."
In Dordrecht won Beter Voor Dordt in 2018 acht van de 39 raadsleden en werd daarmee opnieuw de grootste partij. Oud-wethouder Piet Sleeking richtte de partij op in 2005 en werd in het jaar erna gelijk de grootste, na een jarenlange dominantie van CDA, VVD en PvdA.
Wat verklaart zijn succes? "Mensen zijn eerder geneigd energie te stoppen in een lokale partij in plaats van in een afdeling van een van de landelijke partijen", zegt hij.
Door al dat Haagse gedoe zullen lokale partijen weer goed scoren.
Dat is een geluid dat we overal van lokale wethouders en raadsleden horen. Melkveehouder Liesbeth Grijsen werd in 2005 gevraagd raadslid te worden voor Gemeentebelang Deventer. Ze zei 'ja'. "De partij staat tussen de mensen, ze luisteren goed. Ze zijn erg voor het betrekken van inwoners bij belangrijke besluiten." In 2014 werd ze wethouder, vanaf 2018 lijsttrekker.
Maar politici van landelijke partijen vinden dat zij net zo goed middenin de plaatselijke samenleving staan. "Wij zijn een lokale afdeling en behartigen de lokale problemen", zegt bijvoorbeeld CDA'er Johan Wiersma, het enige 'landelijke' raadslid in Druten. Hij bestrijdt dat de landelijke afdeling in Den Haag hem opdrachten zou geven. "Het CDA bemoeit zich niet met ons."
In Druten, Brunssum en Uden (dat sinds 1 januari onderdeel is van Maashorst) waren lokale partijen bij de verkiezingen in 2018 (opper)machtig:
"Een broodje aap", noemt de Brunssumse VVD-fractievoorzitter Frank Joosten het verhaal van zijn lokale collega's dat zij dichterbij de burgers staan. "Klopt helemaal niks van. We zijn gewoon mensen die hier middenin de Brunssumse samenleving staan. Er is feitelijk geen verschil tussen een landelijke partij en een lokale partij."
Toch zien kiezers wel degelijk voordelen aan lokale partijen. In een enquête door Ipsos in opdracht van Nieuwsuur zegt 16 procent van de Nederlanders zeker op een lokale partij te gaan stemmen komende maand. Dat is gelijk aan vier jaar geleden. Daarbovenop overweegt 29 procent op een lokale partij te stemmen. Hetzelfde percentage zegt het nog niet te weten.
Driekwart van de mensen die op een lokale partij zeggen te stemmen, kiest als reden dat die partij meer verbonden is met de gemeente. 59 procent vindt het belangrijk dat de lokale partij zich voor lokale thema's inzet. Een kwart zegt geen vertrouwen in landelijke partijen te hebben.
Juist door "al dat Haagse gedoe" zullen de lokale partijen straks goed scoren, voorspelt de Dordtse wethouder Sleeking. "Ik verwacht dat ze zeker 30 tot 35 procent van de stemmen gaan halen."
Lokale wethouders net zo goed?
Als ze eenmaal gekozen zijn, is het voor lokale wethouders een flinke uitdaging dat hun partij geen subsidie van het Rijk krijgt. Die subsidie is namelijk gekoppeld aan het aantal zetels dat een partij in de Eerste en Tweede Kamers heeft.
Zo vallen lokale partijen buiten de boot, terwijl ze het geld goed kunnen gebruiken om bijvoorbeeld hun wethouders, die vaak onervaren zijn als bestuurder, te trainen. "Als je vanuit de oppositie in één keer aan de bestuurderstafel komt, vraagt dat een heel andere houding", beaamt wethouder Grijsen (Gemeentebelang Deventer).
Tot nu waren de meeste partijen in de Tweede Kamer, die de belangen van hun lokale afdelingen proberen te verdedigen, tegen. Maar inmiddels lijkt er een meerderheid voor een plan om de subsidie te koppelen aan het aantal lokale zetels. Aankomende week praat de Kamer er verder over.
Bekijk hier de reportages die we maakten over lokale raadsleden en wethouders: