Terugkeer voet van Artemis voedt Grieks verlangen naar compleet Parthenon-fries
Conny Keessen
Correspondent Griekenland
Conny Keessen
Correspondent Griekenland
Het is al decennialang een conflict tussen Griekenland en Groot-Brittannië: de teruggave van de Parthenon Marbles, de marmeren sculpturen van de tempel op de Akropolis. Ongeveer de helft is tentoongesteld in het Akropolismuseum, de andere helft bevindt zich in het British Museum in Londen. Griekenland voert de campagne voor hereniging van het Parthenonmarmer nu op.
Vorige maand keerde vanuit Italië een fragment terug naar Athene. Het is een voet van Artemis, de godin van de jacht, die nu tentoongesteld staat in een vitrine in de Parthenon-galerij van het Akropolismuseum, in de speciale vleugel waar de marmeren beeldhouwwerken en reliëfs van het fries te zien zijn. De voet van Artemis zal later worden ingevoegd.
"De directie van dat prachtige museum in Palermo begreep dat het fragment hier thuishoorde," zegt museumdirecteur Nikos Stampolidis. "Dit is een voorbeeld van hoe het kan." Stampolidis doelt hiermee niet alleen op teruggave van andere kleine fragmenten uit bijvoorbeeld het Louvre of een museum in Kopenhagen, maar vooral op de beeldhouwwerken in het British Museum.
In 1801 liet de Britse Lord Elgin, ambassadeur in het Ottomaanse Rijk, marmeren delen van het fries van het Parthenon verwijderen, volgens hem met toestemming van de sultan. Dat ging niet fijnzinnig. Marmeren blokken met sculpturen werden simpelweg van de tempel afgehakt.
Vijftien jaar later verkocht Elgin ze voor 35.000 pond aan de Britse regering, die ze overdroeg aan het British Museum. De zaak was toen al omstreden. Na de Griekse onafhankelijkheid in 1832 werd al geprobeerd de reliëfs terug te kopen. Maar de campagne werd vooral geïntensiveerd in de jaren 80 van de vorige eeuw door toenmalig minister van Cultuur, de beroemde actrice Melina Mercouri.
Tegenwoordig zien velen het meenemen van de antieke beeldhouwwerken als kunstroof. Athene zegt dat Elgin onrechtmatig de delen heeft verwijderd. Bewijs dat de sultan toestemming had gegeven is omstreden. Bovendien was hij ook nog eens een bezetter.
Aangekaart bij Johnson
Unesco, de VN-organisatie die over het werelderfgoed gaat, noemt dit een zaak tussen de twee regeringen. De Griekse premier Mitsotakis kaartte de zaak rechtstreeks aan tijdens een recente ontmoeting met Britse premier Johnson. Maar net als zijn voorgangers houdt Johnson vol dat de sculpturen legaal zijn verworven door Lord Elgin. Het British Museum moet daarom maar beslissen.
Directeur Stampolidis van het Akropolismuseum wijst op de kantelende Britse publieke opinie. Enkele dagen na de ontmoeting tussen beide premiers werd een peiling gehouden: 59 procent van de Britten is voor de teruggave van de antieke beeldhouwwerken. Dat is nog nooit zo hoog geweest.
Tijden en omstandigheden veranderen. De sculpturen horen thuis in Athene.
The Times ging vorige maand ook overstag en schaarde zich achter teruggave. In een commentaar schreef de krant dat kunstenaars en politici zich al meer dan een halve eeuw uitspreken voor teruggave van de artefacten. "Het museum en de Britse regering, gesteund door The Times, weerstonden de druk. Maar tijden en omstandigheden veranderen. De sculpturen horen thuis in Athene. Ze moeten terug."
"Als zelfs de Times of London, na 50 jaar steun voor het standpunt van de Britse regering en het museum, nu zegt dat het Parthenonmarmer moet worden herenigd, is dat een enorme ommekeer", zegt directeur Stampolidis. Het zou volgens hem ethisch gezien een daad van belang zijn als dat gebeurt.
Athene ontleent aan alle nieuwe ontwikkelingen hoop dat er eindelijk schot in de zaak komt. Of die hoop gerechtvaardigd is, zal blijken.