Slachtoffers online criminaliteit in de kou: 'Nooit gedacht dat ik erin zou trappen'
We weten dat het op grote schaal gebeurt en toch blijven we er massaal in trappen: online oplichtingspraktijken. Met duizenden aangiften per maand was de online criminaliteit het afgelopen jaar onverminderd hoog.
De impact van deze golf aan delicten wordt nog altijd onderschat, vindt Slachtofferhulp Nederland. Voor gedupeerden kunnen de gevolgen zowel financieel als emotioneel groot zijn.
Sommige mensen zijn tienduizenden euro's kwijt geraakt aan oplichters en daardoor in geldnood geraakt. Onder slachtoffers heerst veel schaamte en schuldgevoel, soms met eenzaamheid en psychische problemen tot gevolg.
Intussen loopt het de politie over de schoenen. "Dit alles maakt dat slachtoffers zich in de kou voelen staan", zegt Jolise Stol, cybercrime-expert bij Slachtofferhulp.
Bij Peter Bezemer uit Middenbeemster begon het in juli met een appje, zogenaamd van zijn dochter met een nieuw telefoonnummer. In werkelijkheid ging het om een fraudeur die hem vroeg om geld over te maken.
Het is een bekende vorm van online oplichting: WhatsAppfraude, of vriend-in-noodfraude. Hoewel deze specifieke vorm van online criminaliteit in 2021 iets lijkt te zijn afgenomen, lag het aantal aangiften soms nog steeds op 100 per dag.
Telefoonnummers en persoonsgegevens, vaak afkomstig uit datalekken, zijn op het dark web voor een schijntje te koop. Oplichters benaderen hiermee honderden mensen tegelijk, in de wetenschap dat ze altijd wel ergens beet hebben.
Zo hadden ze ook Bezemer te pakken. "Ik wist dat mijn dochter twee dagen daarvoor inderdaad aan haar daglimiet had gezeten. Het was dus een enorme toevalstreffer."
Bezemer maakte in totaal 1200 euro over. Zodra hij op de verzendknop had gedrukt, sloeg de twijfel toe. Hij mailde zijn dochter en kwam erachter dat ze helemaal geen nieuw nummer had: hij was opgelicht.
Ik had nooit gedacht dat ik er zelf in zou trappen.
Bezemer belde meteen zijn bank, die de overboeking nog kon bevriezen. "De rekening bleek van een katvanger, een jongen van 14 die op het schoolplein geronseld was."
De inmiddels gepensioneerde ict'er schaamde zich behoorlijk. "Ik hield me voor mijn werk bezig met informatiebeveiliging en heb daarvoor bewustwordingscampagnes opgezet. Ik had nooit gedacht dat ik er zelf in zou trappen."
Veroordeeld
Dat slachtoffers zich schuldig voelen en zich schamen komt heel vaak voor, merkt Slachtofferhulp Nederland. Regelmatig durven ze niemand te vertellen dat ze zijn opgelicht.
De eerste reactie is namelijk vaak veroordelend, zegt Stol van Slachtofferhulp. "Mensen zeggen vaak: 'Hoe kun je nou zo stom zijn? Je snapt toch dat zoiets niet pluis is?' Je bent al opgelicht en veel geld kwijtgeraakt, en als je dan ook nog eens wordt veroordeeld door je omgeving, ben je nog een keer slachtoffer."
Geringe pakkans
Extra wrang is de geringe pakkans van internetcriminelen. Door de enorme schaal waarop online criminaliteit voorkomt en het feit dat de onderzoeken veel tijd en moeite kosten, is het voor de politie bijna ondoenlijk om de daders te achterhalen.
De politie probeert hun werkwijze zo veel mogelijk te verstoren, bijvoorbeeld door de 'geldezels' op te sporen die hun bankrekening beschikbaar stellen. Komend jaar wil de politie nauwer samenwerken met banken en het bedrijfsleven, al voelt de politie zich op dit vlak gehinderd door privacywetgeving. Verder worden agenten digitaal vaardiger gemaakt en zijn er preventieve maatregelen tegen de aanwas van nieuwe, jonge daders.
Vulling van de statistieken
"Nu ontbreekt bij slachtoffers van online criminaliteit het gevoel van rechtvaardigheid", constateert Stol. De vele tienduizenden aangiften van het afgelopen jaar zijn vermoedelijk nog maar het topje van de ijsberg, omdat lang niet iedere gedupeerde zich bij de politie meldt.
Bezemer deed wel aangifte, al heeft hij er een half jaar later niets meer van gehoord. "Ik zie het meer als vulling van de statistieken."
Sinds de oplichting van afgelopen zomer is hij alweer twee keer benaderd door appende fraudeurs. "Met jouw talenten kun je je brood ook best op een eerlijke manier verdienen, heb ik toen teruggestuurd. Daar kwam geen antwoord meer op."