Bijna november, maar veel bomen zijn nog groen: hoe kan dat?
Wie dit weekend in de Nederlandse natuur op zoek ging naar herfstkleuren, kwam vaak bedrogen uit. Veel bomen zijn nog groen en nog vol in blad. Hoe komt dat en wat zijn de gevolgen?
In een straat in Ede zijn de bladeren van de bomen aan één kant geel. Maar dat zijn acacia's, de bomen die het eerst verkleuren in de herfst. Aan de andere kant zijn de bladeren nog helemaal groen.
"Vol in blad en nog heel weinig herfstkleuren", zegt bioloog Arnold van Vliet van de universiteit Wageningen in het NOS Radio 1 Journaal. "Zelfs de beuk, die eigenlijk rond deze tijd helemaal verkleurd zou moeten zijn. Je ziet wel wat kleuren, maar nog heel minimaal."
De reden voor de trage verkleuring van de bomen deze herfst komt door de warmte in september en oktober, zegt Van Vliet. "We zitten in de top-10 van de warmste september- en oktobermaanden. Doordat nachtvorst uitblijft, komt de bladverkleuring heel traag op gang."
Veel meer blad dan voorheen
Wordt het kouder, dan moeten bomen hun bladeren verliezen. Anders zouden ze met vorst uitdrogen omdat ze geen vocht meer kunnen opnemen terwijl bladeren vocht blijven verdampen, legt Van Vliet uit. "Dat bladeren gaan vallen, wordt weer bepaald door vorst, de daglengte en temperatuur."
Van Vliet houdt deze ontwikkeling van bomen al een aantal jaar in de gaten met een app, die timelapse-beelden maakt van de boomfoto's die de bioloog van dezelfde plek op dezelfde datum gemaakt heeft. Daar zijn grote verschillen te zien.
"Dit jaar is er net iets meer verkleuring te zien dan 2016, toen het nog iets warmer en groener was. Maar in vergelijking met voorgaande jaren is er veel meer blad aan de bomen", constateert hij.
Gevolgen voor omgeving
Dit fenomeen heeft ook gevolgen voor de concentratie van CO2, of koolstofdioxide, in de lucht. Dat houdt Van Vliet ook bij. "Rond deze tijd begint die CO2-concentratie weer op te lopen omdat bomen het niet meer opnemen nadat ze hun bladeren verliezen."
Hoewel de bomen dus meer koolstofdioxide opnemen, werkt dat niet tegen de opwarming van de aarde, zegt Van Vliet. "Die blaadjes vallen weer naar beneden, daar worden ze verteerd in de bodem en dan komt de CO2 gewoon weer vrij."
Zorgen om lijsterbes
Als bomen langer hun bladeren vasthouden, heeft dat ook grote gevolgen voor hun omgeving. "Er komt minder zonlicht op de bodem terecht. Doordat de bladeren later vallen, verandert het samenspel met bodemorganismen en de bladeren blijven langer water verdampen."
Niet alle boomsoorten gedijen goed in dit soort omstandigheden. "We maken ons bijvoorbeeld zorgen over de lijsterbes, maar misschien ook wel over de beuk", zegt Van Vliet.
Andere soorten kunnen ervoor in de plaats komen. "Platanen, walnootbomen, meer zuidelijke soorten." Die dynamiek is volgens de wetenschapper al spectaculair aan het veranderen, bij planten en dieren. "De vraag is hoe dat verder gaat. Vooral naar het zuiden kijken zou ik zeggen."
De intensiteit van de herfstkleuren is overigens ook afhankelijk van de weersomstandigheden. "Die wordt bepaald door de hoeveelheid zon, maar ook koude nachten zonder nachtvorst. Meer zon en koude nachten betekent meer roodvorming."
Eén herfststorm kan een einde maken aan al die indrukwekkende herfstkleuren, maar dát is volgens Van Vliet nu even niet aan de orde. "Met al dat groene blad aan de boom, duurt dat nog wel even."