Van Leeuwen tovert 'ouwe meuk' bij NEC om tot eredivisieverrassing
"Het was ouwe meuk. Er lag rommel in de gangen, overal stonden fietsen en er zat mot in de gordijnen en de vloerbedekking." Het is wat Ted van Leeuwen aantrof toen hij in februari van dit jaar begon als technisch directeur van NEC. Een club in verval en aan Van Leeuwen de taak om de boel in Nijmegen weer op gang te trekken.
Een half jaar later blijkt dat hij daar aardig in is geslaagd. Wat heet. NEC promoveerde als nummer zeven van de eerste divisie via de play-offs naar het hoogste niveau en staat na vier wedstrijden zesde in de eredivisie. "Die promotie, daar had ik niet direct op gerekend. Maar werkelijk álles zat mee. Dus het wonder geschiedde."
Geen recept
Zo promoveerde Van Leeuwen na Esbjerg en FC Twente voor de derde keer in een paar jaar tijd met een club waar hij verantwoordelijk was voor het technische beleid. "Er is geen recept voor, maar één ding is overal hetzelfde: als je naar boven wilt, moet je eerst de omgeving van de spelers aanpassen", vertelt Van Leeuwen.
"De kleedkamers moeten kwaliteit hebben, je moet zorgen dat je een gym in het stadion hebt waar spelers voor zichzelf aan de slag kunnen. Je kunt 400 meter verderop een schitterend krachthonk hebben, maar daar gaan spelers dan meestal toch niet heen. Zo moeten alle faciliteiten goed zijn, net als het trainingsveld."
Naast de verbouwing stelde Van Leeuwen in zijn eerste maanden een lijst met potentiële versterkingen samen. "Als je uit de eerste divisie wilt, heb je een eredivisieploeg nodig. Door de promotie konden we het wat breder invullen. Spelers die je normaal gesproken niet krijgt, omdat ze te duur zijn of niet in de eerste divisie willen spelen, zijn dan toch serieuze opties."
De lijst mocht dan klaarliggen, dat betekende voor Van Leeuwen nog geen gemakkelijke transferperiode. "Het was echt een verschrikkelijke periode. Alles duurde ontzettend lang, er zat geen geld in de markt en vanwege corona hadden clubs veel spelers niet zelf zien spelen. Dat maakte iedereen voorzichtiger en heeft geleid tot veel huurspelers."
Huurconstructies
Ook NEC ontkwam niet aan diverse huurconstructies om de ploeg eredivisiewaardig te krijgen. Voor de Deense middenvelder Mikkel Duelund (Dinamo Kiev) en de Turkse spits Ali Akman (Eintracht Frankfurt) bijvoorbeeld.
"Ali begint al een cultheld te worden. Die heeft alles wat ze hier mooi vinden in Nijmegen. En Duelund is een toptalent, maar niemand kende hem. Hij schoot ons een keer in zijn eentje overhoop met Midtjylland tegen Esbjerg."
Daarnaast slaagde Van Leeuwen er ook in om een aantal spelers aan NEC te binden die transferwaarde voor de toekomst vertegenwoordigen. Zoals Magnus Mattson (Silkeborg) en Ilias Bronkhorst (Telstar).
"Om verder te bouwen moet je kapitaal werven voor de toekomst. De financiële injecties die geldschieter Marcel Boekhoorn doet, zijn voor de korte termijn. Om NEC financieel gezond te krijgen, moet de club toe naar een situatie waarin spelers voor goede bedragen worden verkocht."
Mislukte transfer
Het huren van spelers hoeft daarnaast niet per se slecht te zijn voor een club, volgens Van Leeuwen. "Als je vijf transfers doet en er slagen er drie, dan heb je het goed gedaan. Er mislukken er altijd een paar."
"Je neemt soms een gok. Met Pedro Ruiz bijvoorbeeld, die we voor twee jaar huren van Olympique Marseille. Een exceptioneel goede speler, die door blessureleed twee jaar niet heeft gespeeld. Het duurt nog minstens een week of zes voordat hij er staat. Een speler van zijn kaliber is het wachten waard."
Naast talenten haalde Van Leeuwen ook routinier Lasse Schöne terug naar Nijmegen. En de zware blessure van Rens van Eijden werd opgevangen met de komst van de 27-jarige Spanjaard Iván Márquez. "Dat zijn spelers die je overeind houden. Je hebt twee of drie steunpilaren nodig. Een speler als Lasse, als je die kunt krijgen, is dat echt een bonus."
Al met al heeft Van Leeuwen een puike selectie op de been gekregen, waarmee NEC in de eredivisie moet zien te blijven. "Overleven is de eerste prioriteit. Dat geldt dit jaar, maar ook volgend seizoen. Of dat realistisch is, is moeilijk in te schatten."
"Want hoe sterk zijn de andere clubs? We krijgen nu een zwaar blok met Sparta (uit), FC Utrecht (thuis) en Feyenoord (uit). Wellicht weten we daarna wat meer. Dat we nu al zeven punten hebben, zorgt in ieder geval voor rust. Er komen geen lastige vragen en er is geen stress."
En als er moeilijkere tijden aanbreken, kan NEC altijd Fred Rutten inschakelen die zich als adviseur van de Raad van Commissarissen heeft verbonden aan de Nijmegenaren. "Je moet zijn rol niet overdrijven, maar hij kan af en toe sparren met hoofdtrainer Rogier Meijer. Ik heb met Fred dagelijks contact over van alles, ook als we geen club hebben. Dat is prettig."
