De westerse evacuaties uit Kabul stoppen. Militairen zouden in Afghanistan blijven tot 31 augustus, maar de dreiging van terroristen is te groot, zo bewijst ook de dubbele aanslag van vandaag.
Het betekent dat niet alle Nederlanders en anderen die voor evacuatie in aanmerking kwamen, weggehaald konden worden. Wat die mensen te wachten te staat, is onduidelijk.
Maar dat veel van hen gevaar lopen, staat vast, zegt Martine van Bijlert. De Afghanistan-deskundige woonde en werkte jarenlang in het land, onder meer als politiek adviseur voor de Europese Unie en voor Nederland. Met veel Afghanen heeft ze nog altijd contact, van wie sommigen nu ondergedoken zitten. "Het besluit van de Amerikanen om de evacuaties te stoppen is voor hen dramatisch."
Strijders aan de deur
"Je hebt Afghanen die zich gewoon zorgen maken hoe hun leven eruit gaat zien", zegt Van Bijlert. "Maar je hebt ook een vrij grote groep mensen die ondergedoken is en die veel van adres verandert. Zij weten dat ze achterna gezeten worden, ze hebben strijders aan de deur gehad, aan het huis van hun vader, van hun broer, van hun werk."
Het gaat veelal om mensen uit "de actieve middenmoot", zegt Van Bijlert. "Lokale politici, journalisten, mensenrechtenactivisten, mensen die werken bij NGO's en culturele organisaties. En die de afgelopen decennia contact hadden met het Westen. Zij worden nu heel erg opgezocht door de Taliban."
Onbekend lot
Van Bijlert probeerde de afgelopen weken haar contacten op de evacuatielijsten te krijgen. Dat lukte, voor sommigen. "Een paar zijn net hier in Nederland aangekomen, een heel aantal zit nog gewoon in Afghanistan. En zoals het er nu naar uitziet gaan die voorlopig ook niet wegkomen."
Een van de achterblijvers met wie ze contact heeft is een man die zich jarenlang inzette voor het onderwijs in zijn district. "Met geld uit eigen zak bracht hij schoolboeken uit Kabul. Hij moest veel onderhandelen met de Taliban en de nationale overheid om dat voor elkaar te krijgen. Nu wordt hij gezocht vanwege zijn tussenpositie en omdat hij contacten had met het buitenland."
Hij en zijn gezin bereikten Kabul op tijd, maar ze kwamen het vliegveld niet op. "Hij weet niet wat zijn lot is en waar hij naartoe moet."
Mijn gezin is echt in gevaar daar. Ik slaap al twee weken niet.
Nieuwsuur spreekt ook met Mohammed (niet zijn echte naam). Vijf jaar geleden zat hij nog in Afghanistan, om werk uit te voeren voor militairen uit NAVO-landen. Toen hij werd bedreigd en zelfs werd beschoten door de Taliban, vluchtte hij naar Nederland. Zijn vijf kinderen en vrouw zitten nog in Kabul. "Ik ben echt bang. Ik slaap al twee weken niet, ik heb echt stress."
"Mijn familie is echt in gevaar daar. Ik ben daar geboren en heb er dertig jaar gewoond, ik weet hoe het daar gaat."
Gisteravond probeerde zijn gezin naar het vliegveld te komen, vertelt Mohammed. "Maar toen ze er kwamen, kon niemand ze helpen. Nederland zou helpen, maar je kan niet zeggen dat dit 'helpen' is."
Tot drie uur 's nachts wachtten zijn vrouw en kinderen bij het vliegveld. "De mensen zeiden telkens: wachten, wachten, wachten, wachten. Tien minuten, vijftien minuten, een uurtje, twee, drie, vier uur."
Twee á drie maanden geleden vroeg Mohammed al asiel aan voor zijn kinderen. Maar tot dusver heeft hij nog geen duidelijkheid gekregen, zegt hij. "Alsjeblieft IND, help me. En help ons eerlijk. Niet zeggen: kom maar, en daarna, ga maar weer."
Wat kan het Westen nog doen?
De vraag is nu of landen nog iets kunnen doen voor de familie van Mohammed en al die andere Afghanen die gevaar lopen omdat ze met het Westen hebben gewerkt. "De volgende stap wordt nu om te kijken hoe landen die alsnog weghalen", zegt Van Bijlert. "Als ze zelf een grens overkomen, kunnen ze dan hier komen?"
Landen moeten hier razendsnel hierover beslissen, zegt ze. "We weten niet of de grenzen, het vliegveld en het paspoortkantoor dichtgaan."
In ieder geval zal Nederland deze maand een Hercules-vliegtuig in de regio houden om, als dat toch weer mogelijk wordt, mensen alsnog vanuit Kabul naar Nederland te brengen.
Ook daarna blijft het Westen verplicht Afghanen die gevaar lopen, op te vangen, benadrukt Van Bijlert. "We hebben het vluchtelingenverdrag: mensen die een direct gevaar voor eigen leven hebben, iemand moet die opnemen. Collectief heeft het Westen daar een verantwoordelijkheid voor."