In Oost-Oekraïne lopen de spanningen weer op
Iris de Graaf
Correspondent Rusland
Iris de Graaf
Correspondent Rusland
De laatste tijd kwam er minder nieuws over naar buiten, maar de oorlog in Oost-Oekraïne woedt nog steeds. Het staakt-het-vuren dat officieel geldt, wordt regelmatig overtreden. Sinds eind februari is het geweld in de regio weer opgelaaid.
Deze week nog kwamen vier Oekraïense regeringssoldaten om bij een mortieraanval door pro-Russische rebellen in de regio Donetsk. Sinds het begin van dit jaar zouden er nu zeker 26 doden zijn gevallen, aldus Oekraïense autoriteiten.
In de regio, waar Oekraïense regeringssoldaten en door Rusland gesteunde separatisten zich in loopgraven ophouden die de afgelopen zeven jaar nauwelijks zijn bewogen, breken geregeld gevechten uit.
Meerdere keren werd er met bemiddeling van Frankrijk en Duitsland een staakt-het-vuren afgesproken, waarvan de meeste niet lang stand hielden. De huidige en inmiddels achtste wapenstilstand is sinds juli 2020 van kracht, maar ook die is regelmatig geschonden volgens rapporten van de OVSE die het geweld in de regio dagelijks monitort. Woensdag verklaarde het Oekraïense parlement dat ook dit meest recente staakt-het-vuren nu officieel is gebroken.
Ernstiger dan het afgelopen jaar
Volgens Bob Deen, Oost-Europadeskundige van Instituut Clingendael en voorheen werkzaam voor de OVSE, is het oplaaiende geweld een zorgelijke ontwikkeling. "We zien nu veel nieuwe artilleriebeschietingen, maar ook meer sluipschutters. Het is een stuk intenser geworden, het lijkt nu ernstiger te zijn dan dat we de afgelopen 12 maanden hebben gezien".
Maar wie precies is begonnen, of door wie het conflict nu opnieuw oplaait is lastig te beoordelen. Oekraïne en de separatisten beschuldigen elkaar van provocaties.
Zo zegt Oekraïne dat pro-Russische separatisten de wapenstilstand aan de lopende band overtreden. Roeslan Chomtsjak, opperbevelhebber van de Oekraïense strijdkrachten, zegt zich zorgen te maken over de "gewapende agressie van Rusland". Volgens Chomtsjak is Moskou actief bezig met troepenopbouw in de buurt van de Oekraïense grens. Hij noemt het een "grote bedreiging" - niet alleen voor Oekraïne, maar voor alle NAVO-bondgenoten.
Rusland zegt juist dat de Oekraïners het geweld uitlokken. Kremlinwoordvoerder Dmitry Peskov liet vandaag weten zich ernstig zorgen te maken over het oplaaiend geweld en zegt dat er "een burgeroorlog" dreigt te ontstaan vanwege "Oekraïense provocaties'. "We hopen van harte dat het niet verder escaleert", aldus Peskov. Rusland beweert sinds het begin van de oorlog dat het om een conflict tussen Oekraïners onderling gaat, en dat Rusland er niets mee te maken heeft.
Zorgen in Europa en de VS
De dood van de militairen en de opbouw van Russische troepen aan de grens zorgt ook voor ongerustheid in Europa en in de VS. Afgelopen woensdag uitte de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Blinken, zijn zorgen over de veiligheidssituatie in Europa. Hij betuigde zijn medeleven over het 'recente verlies van de vier Oekraïense soldaten'. Daarnaast verhoogde het Amerikaanse Europese Commando deze week het dreigingsniveau in Europa vanwege de militaire activiteit in Oost-Oekraïne naar een 'potentieel dreigende crisis', het hoogste niveau van dreiging.
The New York Times schrijft dat het toenemende geweld en de levering van nieuw Russisch militair materieel aan de separatisten wel eens een manier zou kunnen zijn voor Moskou om de toewijding van de regering-Biden aan Oekraïne nu te testen.
Deen kan zich daarin vinden. "Rusland vraagt zich af wat Biden precies van plan is met Oekraïne. Helemaal omdat de VS nu ook verdere steun aan het Oekraïense leger voorbereidt". Vorige maand nog zei Biden dat Poetin een 'moordenaar zonder ziel' is en beloofde hij hem hard aan te pakken.
Ondertussen is Oekraïne ook zenuwachtig, vertelt Deen. "Niet alleen hebben onlangs Merkel en Macron met Poetin gebeld over Oekraïne zonder dat president Zelensky daarbij was. Hij wacht nog steeds op een telefoontje van Biden dat is tot nu toe nog niet gebeurd. Verder heeft Zelensky zijn koers de afgelopen tijd veranderd. Hij gaat achter prominente oligarchen met banden met Rusland aan en heeft televisiestations gesloten die volgens hem pro-Russische propaganda verspreiden. Dat zet veel kwaad bloed bij Moskou".
13.000 doden
De oorlog in Oost-Oekraïne begon in 2014 na de annexatie van de Krim door Rusland. Na de val van de pro-Russische president Viktor Janoekovitsj en de pro-westerse koers van zijn opvolgers keerden pro-Russische separatisten in Donetsk en Loegansk zich tegen de nieuwe regering in Oekraïne en riepen met Russische steun hun eigen Volksrepublieken uit. Het Oekraïense leger probeert sindsdien de regio te heroveren.
Er is tot nu toe nooit een overeenkomst bereikt over wie de controle mag hebben over de oostelijke grens tussen Oost-Oekraïne en Rusland of over wie er op een eventuele vrede gaat toezien. Sinds 2014 zijn er zeker 13.000 doden gevallen en meer dan 2 miljoen mensen op de vlucht geslagen.