Van Rouwendaal: meer kilometers, minder pijn na trainerswissel
Luuk Blijboom
redacteur Sport
Luuk Blijboom
redacteur Sport
Eén muisklik was het, meer niet, die haar leven precies een jaar geleden drastisch overhoop gooide. Na vanwege de coronapandemie negen weken niet in het water te hebben gelegen, maakte Sharon van Rouwendaal zich in het voorjaar van 2020 op voor een trainingskamp in het Zuid-Franse Saint-Tropez.
Voor ze zich na ruim twee maanden inactiviteit bij haar trainer Philippe Lucas meldde, keek de olympisch kampioene nog even op de website SwimSwam. Gewoon, uit nieuwsgierigheid, om te kijken of ze de voorbije maanden wellicht nieuws had gemist.
Al snel viel Van Rouwendaals oog op een opmerkelijk bericht: na negen jaar onder dezelfde trainer te hebben gewerkt, maakte de Italiaan Gregorio Paltrinieri, olympisch kampioen op de 1.500 meter, de overstap naar een nieuwe coach.
Twaalf maanden na dat ene minuutje achteloos scrollen op het wereldwijde web weet Van Rouwendaal nog steeds wat haar eerste gedachte was toen ze het nieuws las. "Als hij na zoveel jaar durft te breken met zijn trainer, waarom zou ik die lef dan niet hebben?"
Diep in haar hart had de 27-jarige Van Rouwendaal met het lezen van dat bericht over Paltrinieri's keuze al afscheid genomen van Lucas, de excentrieke trainer met wie ze zeven jaar lang als kat en hond door het leven ging. Toch meldde ze zich volgens afspraak voor de stage in de mondaine badplaats aan de Middellandse Zee.
Het waren misschien wel de acht zwaarste weken uit haar loopbaan, zegt ze nu. Wéér hetzelfde toneelstukje van die boze coach aan de rand van het zwembad die haar soms geen blik waardig gunde. Wéér dezelfde eindeloze afmattende setjes in het water die ze al ontelbare keren had afgewerkt. "Ineens besefte ik dat ik geen enkele uitdaging meer voelde. Ik moest weg. Paltrinieri had me geleerd dat het zo gek niet is om ooit van coach te wisselen."
'Zo kan het dus ook'
Bijkomende factor: Van Rouwendaal wist dat elders op haar komst gewacht werd. Na de WK van 2019 in het Zuid-Koreaanse Gwangju, waar ze op de 10 kilometer teleurstellend als tiende eindigde, werd ze door de Duitse trainer Bernd Berkhahn benaderd of ze iets voelde voor een overstap naar zijn trainingsgroep in Maagdenburg.
"De Duitse zwembond DSV gaf in eerste instantie geen toestemming om een buitenlander toegang te geven tot zijn programma. In tweede instantie kreeg ik pas groen licht. Maar toen had ik mijn woord al aan Philippe Lucas gegeven. Bovendien wilde ik niet drie dagen voor het begin van het nieuwe seizoen mijn hele planning overhoop gooien."
Dat het twaalf maanden later, in augustus 2020, alsnog tot een overgang naar Duitsland kwam, heeft van Van Rouwendaal een gelukkig mens gemaakt. "Ik kraak de aanpak van Philippe Lucas niet af", klinkt het stellig. Wat volgt is een korte, veelzeggende stilte. Dan: "Maar zo kan het dus ook."
12.880 baantjes
Ze had nooit voor mogelijk gehouden dat het kon. Toch bleek het zo te zijn. Onder Berkhahn maakt Van Rouwendaal wekelijks nóg meer kilometers dan ze onder de vleugels van Lucas gewend was te doen.
De statistieken van de eerste hoogtestage met haar nieuwe ploeg, in oktober 2020, waren veelzeggend en maken zelfs op haar nog altijd een onuitwisbare indruk. In het 25-meterbad van het Italiaanse dorpje Val Senares werkte ze in 22 dagen tijd 42 zwemtrainingen af. Aan het einde van die drie weken stond de teller op een totaal van 322 kilometer, oftewel 12.880 baantjes.
Er was zelfs een week waarin ze tot 111,4 kilometer kwam, een record dat ze nog altijd koestert. En dan telde ze de vijftien landtrainingen die ze tussen alle bedrijven door afwerkte gemakshalve maar niet mee. "Best wel pittig", heet zoiets op zijn Van Rouwendaals.
Minstens even opmerkelijk: ofschoon ze tegenwoordig zeven dagen per week in het water ligt en wekelijks twee trainingen meer afwerkt dan onder Lucas het geval was, is ze sinds haar transfer naar Maagdenburg verlost van haar chronische schouderblessure.
PRP-behandelingen
Het geheim? Van Rouwendaal onderging in Duitsland twee zogeheten PRP-behandelingen. Bij die Platetet Rich Plasma-ingreep, die veelal in de cosmetische wereld wordt gebruikt bij haaruitval en huidveroudering, wordt uit het eigen bloed het bloedplasma verwijderd terwijl de bloedcellen behouden blijven. Het PRP-plasma dat vervolgens wordt teruggebracht in het lichaam bevat groeifactoren die het lichaam stimuleren beschadigde weefsels te herstellen.
De behandelingen passen in de wetenschappelijke aanpak die Berkhahn voorstaat. Na zeven jaar krachtpatserij bij weer en wind in een onoverdekt zwembad aan de Zuid-Franse kust is Van Rouwendaal de wereld van hartslagmeters, stroombaden, hoogtestages, lactaatmetingen en hypoxia binnengetreden. Hypoxia staat voor trainingsvormen waarbij door middel van het opzetten van een zuurstofmasker een verblijf op hoogte wordt gesimuleerd.
"In Maagdenburg zijn we erachter gekomen dat ik bij inspanningen een enorm hoge hartslag heb. Ik kan vijf kilometer non-stop zwemmen in een hoog tempo met een gemiddelde van 200 slagen per minuut, inclusief uitschieters naar 210. En dan nog kan ik een versnelling plaatsen. Ik heb me laten vertellen dat alleen Lance Armstrong dat kon."
Wat ook meespeelt: "Ik zwem tegenwoordig op techniek en niet langer op lompe kracht. Een warming-up voor een training gaat op een rustig tempo, waar je bij Philippe Lucas meteen volle bak moest. In Frankrijk was het iedere dag maar afwachten welke loodzware sets je kreeg. Nu krijg ik voor iedere training keurig een papiertje waarop valt te lezen wat er op het programma staat en weet ik dus van tevoren waar ik aan toe ben."
De nieuwe aanpak leidt ertoe dat Van Rouwendaal na vijf jaar eindelijk weer het 'zwembadgevoel' terug heeft, zoals ze dat noemt. Ze heeft er bovendien gespierdere bovenarmen door gekregen. "Er zijn nog altijd dagen dat ik na een training mijn armen niet kan optillen. Het grote verschil met vroeger is dat dit tegenwoordig komt omdat ik zo moe ben en niet omdat ik zoveel pijn heb."
Aai over bol
Wat Van Rouwendaal ook heeft geleerd, is het betrachten van geduld. De hoogtestage in Sierra Nevada die deze maand op het programma staat, is voor Berkhahn belangrijker dan de World Series open water van dit weekeinde in Doha. Dus ontbreekt ze, anders dan een jaar geleden het geval was, vandaag in Qatar op het appèl, waar iemand als Ferry Weertman na twaalf maanden zonder wedstrijden wel te water gaat. "Berkhahn wil vanwege het gevaar voor coronabesmettingen bovendien geen enkel risico nemen."
Noodgedwongen meet Van Rouwendaal haar vorderingen voorlopig af aan de schaarse trainingswedstrijdjes die ze zwemt. "In december zwom ik 4.10 op de 400 meter vrije slag. Dat was een tijd die ik vijf jaar geleden voor het laatst heb gezwommen. Op een 200 rug die ik in mijn eentje zwom, klokte ik 2.11. De laatste keer dat me dat lukte, was in 2013. Ik kreeg zelfs complimenten van Bernd voor die tijden. Zoiets geeft me energie. Ieder mens vindt het nu eenmaal prettig om af en toe een aai over de bol te krijgen."
Herboren
In Maagdenburg zwemt ze dagelijks aan de zijde van mensen als Florian Wellbeck, de wereldkampioen 1.500 meter en 10 kilometer open water, haar ex-vriend Rob Muffels (de nummer drie van de laatste WK open water) en Sarah Köhler, de wereldrecordhoudster op de 1.500 meter. Te midden van dat gezelschap voelt ze zich, zoals ze het zelf noemt, herboren.
Ze heeft geen stress meer. Ook niet als de vraag voorbijkomt hoe groot zij de kans acht dat ze deze zomer in Tokio haar olympische titel op de 10 kilometer kan verdedigen. "Ik ben op alle scenario's voorbereid. Dit is iets waar ik geen enkele invloed op kan uitoefenen, dus maak ik me er niet druk om. Ik behoud mijn focus en zie wel wat er gebeurt. Gaat het niet door, dan gaat het niet door."
Van Rouwendaal bekijkt haar loopbaan van seizoen tot seizoen. Desondanks blikt ze al stiekem verder vooruit dan deze zomer. "Mijn schouder doet geen pijn meer, het trainen is weer leuk. Dus ik ga nog wel even door met zwemmen. Ik probeer gewoon de Olympische Spelen van 2024 in Parijs te halen. Waarom niet? Over drie jaartjes is het al zover."