Militaire hulp en soms toch deuren dicht, 'nood in verpleeghuizen is hoog'
Een aantal verpleeghuizen sluit toch de deuren voor bezoekers, omdat het aantal coronabesmettingen onder bewoners en personeel te hard oploopt. Verschillende verpleeg- en verzorgingshuizen kunnen het werk niet meer aan, omdat een groot deel van het personeel zelf ziek thuis zit.
Hoeveel verpleeghuizen in Nederland tot sluiting overgaan is bij brancheorganisatie Actiz niet bekend. "Het blijft een lastige afweging tussen het indammen van het virus en welzijn van de bewoners", zegt bestuurder Conny Helder. "Verpleeglocaties besluiten dit lokaal en altijd in samenwerking met de cliëntenraad, met medewerkers en professionals."
Om de problemen het hoofd te bieden gaat Defensiepersoneel vanaf woensdag helpen in verpleeg- en verzorgingshuizen in de drie veiligheidsregio's (Groningen, Twente en Noord- en Oost-Gelderland) die om bijstand hebben gevraagd. Het zou gaan om zo'n duizend militairen. Maar ook Defensie kan naar eigen zeggen niet alle problemen oplossen.
"De nood is hoog. We zetten iedereen in die maar beschikbaar is en nog krijgen we onze diensten niet opgevuld. Alle verloven zijn ingetrokken en toch vallen er gaten in het rooster", zegt Inge Pesch, medisch directeur van ouderzorgorganisatie Dignis (waar acht verpleeghuizen onder vallen in Groningen en Drenthe) in Nieuws en Co.
"Eenderde van de verpleeghuizen heeft op dit moment een uitbraak. En vaak zijn het ook wat grotere uitbraken. Dan is soms binnen een of twee dagen de helft van het personeel ziek", zegt Helder van Actiz.
Landelijk werken zo'n 400.000 mensen in verpleeghuizen, verzorgingshuizen en in de thuiszorg. "Dus als een groot deel van het personeel ziek wordt, dan vul je die gaten niet zomaar."
Bovendien is er een enorme behoefte aan gediplomeerd personeel. "Verpleeghuiszorg is eigenlijk de intensive care van de ouderenzorg. Dat betekent dat het personeel goed geschoold moet zijn", zegt Helder.
Een douchebeurt minder
Ook directeur Pesch beschrijft dat haar organisatie door het gebrek aan personeel voor harde keuzes komt te staan. "De basale zorg kan worden geleverd, maar er moeten wel keuzes gemaakt worden. Een douchebeurt minder in de week, bijvoorbeeld."
Ook is overwogen om familieleden in te zetten, maar daar kleven risico's aan. "We hebben in veel van onze huizen besmettingen, dus je wilt niet te veel mensen in en uit laten lopen. Dat betekent dat we op de open afdelingen bezoek toestaan, maar niet meer dan twee personen per keer. Anders haal je covid de huizen binnen."
Wat hebben we geleerd van de eerste golf?
In de eerste golf waren er ook veel uitbraken van het coronavirus in verpleeginstellingen, maar die waren veelal voorbehouden tot de regio's Brabant, Zuid-Holland en Utrecht. Conny Helder: "Nu zie je uitbraken in vrijwel alle regio's", zegt Actiz-bestuurder Helder.
Een ander groot verschil is dat in de eerste golf het personeel nog niet getest kon worden. "Dat kan nu gelukkig wel, maar de consequentie is dat ze bij besmetting natuurlijk ook in quarantaine moeten en het personeel ziek thuis zit."
Dat testen en het feit dat we beschikken over voldoende beschermende middelen, is volgens het bestuurslid van Actiz het voornaamste verschil met de eerste golf. "Hierdoor kunnen we in de meeste gevallen open blijven."