Australische militairen executeerden 39 burgers en gevangenen in Afghanistan
Leden van de speciale eenheden van het Australische leger hebben tijdens hun dienst in Afghanistan 39 burgers en gevangenen omgebracht. Dat is de conclusie van het Brereton-onderzoek (.pdf), waarvan een samenvatting vandaag openbaar is gemaakt. "Deze executies zouden door een jury worden bestempeld als oorlogsmisdaden, als ze voor de rechter komen", schrijft onderzoeksrechter Paul Brereton.
In het rapport staat expliciet benoemd dat de 39 Afghaanse slachtoffers niet stierven in het heetst van de strijd. "In geen van de gevallen was de intentie van de tegenstander onduidelijk of verwarrend. Het grootste deel van hen was al gevangengenomen, de situatie was onder controle. Daarmee staan krijgsgevangenen onder bescherming van internationale wetgeving."
Defensiechef Angus Campbell presenteerde de conclusies van het onderzoek:
In het rapport zijn 23 incidenten onderzocht die voornamelijk in Uruzgan hebben plaatsgevonden. Enkele incidenten vonden plaats in 2009 en 2010, maar het merendeel gebeurde tussen 2012 en 2013.
Voor het rapport zijn ook Nederlandse getuigen gehoord. Nederland werkte samen met Australië in de provincie Uruzgan tussen 2006 en 2010.
Ontgroeningsritueel
In sommige gevallen zijn krijgsgevangenen geëxecuteerd door jonge militairen als ontgroeningsritueel, staat in het rapport. De militairen bedachten een alibi en plaatsten achteraf wapens op de lichamen van de slachtoffers om hun handelingen te rechtvaardigen.
De aanbeveling is om negentien leden van de speciale eenheden strafrechtelijk te vervolgen omdat zij de executies op hun geweten zouden hebben. Een deel van hen is nog steeds in dienst van het Australische leger (ADF).
Giftige rivaliserende cultuur
De oorzaak van de vermoedelijke oorlogsmisdaden begint bij de cultuur waarin dit kon plaatsvinden, benoemde defensiechef Angus Campbell tijdens de persconferentie over het rapport. Volgens hem was er sprake van "een misplaatste nadruk op prestige, status en macht". "Een houding die niet past bij de militaire excellentie van de speciale eenheden. In het rapport wordt gesproken over een egocentrische krijgscultuur."
Deze verstoorde cultuur werd toegestaan en zelfs versterkt door ervaren, invloedrijke en charismatische onderofficieren en hun beschermelingen, beschrijft het rapport. Daardoor viel het gedisciplineerde militaire leven weg en werden het overtreden van regels genormaliseerd.
"Binnen de speciale eenheden was een giftige rivaliserende cultuur ontstaan. De gevolgen waren destructief voor vertrouwen, cohesie en de missie", citeerde Campbell uit het rapport. "Het is een fout van de hogere militairen dat hiertegen niet is opgetreden."
Degenen binnen de speciale eenheden die zich tegen de heersende cultuur probeerden te verzetten, werden ontmoedigd, geïntimideerd en in diskrediet gebracht, beschrijft de onderzoeksrechter. Zo kon de cultuur standhouden.
Premier Morrison kondigde vorige week een strafrechtelijk onderzoek aan naar de vermoedelijke oorlogsmisdaden door een nieuw team bij de nationale politie. Dat team onderzoekt de beschuldigingen, verzamelt bewijs en stelt justitie op de hoogte van de bevindingen.
Excuses
Defensiechef Campbell heeft excuses gemaakt aan nabestaanden van de slachtoffers, de Afghaanse gemeenschap, coalitiepartners in Afghanistan en Australische burgers. Premier Morrison en de minister van Buitenlands Zaken boden eerder vandaag hun excuses aan aan de premier van Afghanistan.
Zowel de premier als de defensiechef erkent de ernst van de situatie, maar spraken ook hun waardering uit voor de militairen die zich tijdens hun missies wél aan ethische gedragsregels hebben gehouden.