Toeslagendirecteur: druk op Belastingdienst was hoog en het beleid was niet van ons
Net als zijn voormalige baas vanochtend legt oud-toeslagendirecteur Gerard Blankestijn de schuld van de Toeslagenaffaire vooral bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Dat departement maakte het beleid en de Belastingdienst voerde het uit, zei Blankestijn voor de parlementaire onderzoekscommissie Kinderopvangtoeslag.
In de toeslagenaffaire kregen ouders die vaak onterecht als fraudeur werden gezien te maken met 'een alles-of-nietsaanpak'. Daardoor moesten ouders die te weinig of geen eigen kinderopvangbijdrage hadden betaald die bijdrage terugbetalen én alle ontvangen toeslag teruggeven.
Gastouderbureaus of kinderopvangbedrijven, die vaak de boosdoener waren, konden niet aansprakelijk worden gesteld. Dat leidde ertoe dat ouders tienduizenden euro's moesten betalen en vaak in de problemen kwamen.
Klein
"De wetgeving is van SZW", zegt Blankestijn. "Dat is de opdrachtgever." Op de vraag of de voormalig directeur zich niet klein maakt ("U zat toch hoog in de boom?"), antwoordt hij: "In dat geval ben ik ook klein, ik ben niet in staat om die wet te veranderen."
De Belastingdienst ging in de bestrijding van de fraude verder dan het vastgelegde beleid, houdt Kamerlid Leijten hem voor:
Blankestijn, die tussen 2011 en 2018 directeur Toeslagen was, geeft toe dat er fouten zijn gemaakt bij de fraudebestrijding. "Dat doet pijn, dat heeft veel leed veroorzaakt." Maar hij zegt tegelijkertijd dat de druk op de dienst groot was om fraude aan te pakken.
Dat had onder meer te maken met de Bulgarenfraude die speelde in 2013. Die affaire rond huur- en zorgtoeslagen werd toenmalig staatssecretaris Frans Weekers bijna politiek fataal. In een "emotioneel" gesprek met enkele honderden medewerkers van de dienst Toeslagen maakte Weekers duidelijk dat "alles op alles" moest worden gezet om herhaling te voorkomen. "Er moest wat gebeuren, dat voelde iedereen heel stevig."
Weggezet als dom
De afdeling van Blankestijn voelde zich als "dom" weggezet. "Wij hadden met onze ogen dicht Bulgaren uitbetaald. Kortom, de druk was heel hoog." In de nasleep werden nieuwe medewerkers aangenomen om meer controles uit te kunnen voeren.
Dat kostte geld, en dat geld moest terugverdiend worden, legde Blankestijn uit. "Departementen werden weleens ongerust als de opbrengst niet leek te worden gehaald."
Volgens de voormalige directeur zijn er fouten gemaakt in de fraudebestrijding, waardoor ouders ernstig zijn gedupeerd. Dat kwam onder meer doordat er haast moet worden gemaakt met nieuwe fraudeaanpak. Zo waren er nog geen geschreven werkinstructies. "Het schip moest nog varen, terwijl het nog niet af was. Dit is niet om het te vergoelijken, maar wel om het te verklaren."
De enquêtecommissie wilde ook weten van de voormalige directeur hoe hij aankijkt tegen een advies van een juridisch medewerker die gisteren werd gehoord. Die medewerker, Sandra Palmen, waarschuwde in 2017 de leiding van de Belastingdienst.
"Hoe is het mogelijk geweest de toeslag voor driehonderd burgers op deze wijze stop te zetten?", schreef ze over een specifieke casus. "Hoe is het mogelijk geweest onderzoek in te stellen zonder werkinstructies?" Volgens Palmen is er niets gebeurd met haar memo.
Fabrieksproces
Dat sprak Blankestijn vandaag tegen, tot verbijstering van commissieleden. "We hebben daar lessen uit getrokken", zei de oud-directeur. En: "Wij hebben het op deze casus betrokken." Waarom het niet op andere zaken werd betrokken die toen ook speelden, weet Blankestijn niet, omdat dat in een "ander clubje" werd besproken.
Aan het einde van het verhoor, dat flink uitliep, wilde Blankestijn zelf nog even ingaan op het feit dat maatwerk volgens onmogelijk is zoals het nu is geregeld. "Elke maand moeten 8 miljoen mensen hun geld krijgen. Het is een fabrieksproces."
Niet zo explosief
Als derde werd de huidige directeur Toeslagen, Agaath Cleyndert, verhoord. Zij nam het eind 2018 van Blankestijn over. De ondervragingscommissie wilde van haar weten waarom het nog steeds moeilijk is om alle documenten los te krijgen. Dat ligt voor een groot deel aan de gebrekkige documentatie, zei Cleyndert.
"Ook ik voel mij zo nu en dan een rechercheur", zei ze. "Mensen zijn zich er soms niet bewust van dat zij stukken hebben waarnaar gezocht wordt." Het memo van Palmen, dat pas kort geleden opdook, is niet bewust achtergehouden zegt Cleyndert. "We hebben het document niet zo explosief ervaren als u."
Morgen zijn de verhoren van de topambtenaren van het ministerie van Sociale Zaken live te volgen live te volgen op NPO Politiek en via NOS.nl en de NOS-app.