Het kost hem moeite er de woorden voor te vinden. Tom Dumoulin rekende erop dat zijn kopman Primoz Roglic stand zou houden in de allesbeslissende tijdrit van de Tour de France. Maar het liep anders.
"Deze hadden we niet zien aankomen", zegt een verbouwereerde Dumoulin. "Wat moet ik zeggen, het is zo. Dit is een flinke klap."
'Op waarde geklopt'
Roglic begon aan de klimtijdrit naar La Planche des Belles Filles met een voorsprong van 57 seconden op Tadej Pogacar, maar verloor 1 minuut en 56 tellen. De Jumbo-Visma-renner moet verrast toezien hoe zijn 21-jarige landgenoot zondagavond in de gele trui de Champs-Élysées opdraait.
Fysieke problemen liggen volgens Dumoulin niet ten grondslag aan de verrassende nederlaag. "Hij voelde zich prima, maar is op waarde geklopt. Hij wordt nog vijfde, dat is niet de tijdrit van zijn leven, maar zeker niet slecht. We hadden gedacht dat het genoeg zou zijn."
Bekijk hieronder de ontknoping van de tijdrit:
Net als Dumoulin zag Wout van Aert de nederlaag geen moment aankomen. "We zaten nog samen in de bus, hij was dezelfde ontspannen kerel als anders."
"Ik denk dat Pogacar echt een fantastische tijdrit rijdt en Primoz zijn normaal niveau niet gehaald heeft. Die twee dingen samen zorgden voor dit resultaat, dat is teleurstellend."
'Pijn aan mijn ogen'
Dat Van Aert een alleskunner is, was al duidelijk, maar in deze Tour ontpopte hij zich ook tot meesterknecht van Roglic. Een meesterknecht die zijn kopman letterlijk uit de wind hield, bergop het tempo kon bepalen en en passant ook twee etappes won.
"Alles is perfect gelopen de afgelopen drie weken. We hebben er keihard voor gewerkt en niets wees erop dat het vandaag mis zou gaan. Het deed pijn aan mijn ogen om te zien hoe lastig Primoz het kreeg."
"Hij reed volgens mij hoekiger dan normaal, het zag er niet zo soepel uit als anders. Hij miste de cadans. Het is een teleurstelling. We achtten, net als iedereen, die voorsprong van een minuut comfortabel."
Dumoulin werd knap tweede, maar zag wel dat de 21-jarige Sloveen maar liefst 1.21 sneller was. "Ik zou überhaupt niet weten hoe Pogacar hier nog meer dan een minuut sneller heeft gereden dan ik."
Een tweede plaats en welk verschil daarbij hoort, het is bijzaak, realiseert Dumoulin zich. "Ik reed op La Planche des Belles Filles niet meer zo heel hard, daarvoor had ik een goed vermogen te pakken."
"Maar het maakt nu niet meer uit. Het is niet voor de dagwinst en niet voor de Tourwinst."