Ministers Slob en Van Engelshoven van Onderwijs
NOS Nieuws

Slob in Kamerdebat: coulance voor leraren en ouders die bang zijn

Nog anderhalve week en dan mogen basisschoolleerlingen weer de klas in. Voorlopig maar voor een halve lesweek, maar toch vraagt de Tweede Kamer zich af of het veilig is en of de werkdruk niet te hoog wordt. Dat bleek vandaag in een debat over het coronavirus en het onderwijs.

Een aantal partijen maakte zich zorgen over het besmettingsrisico als de scholen weer opengaan op 11 mei. "Oudere leraren mogen eigen kleinkinderen niet zien, maar moeten wel aan de slag in een slecht geventileerd klaslokaal", zei PVV-Kamerlid Beertema. Kamerleden spraken ook over ouders en leraren die bezorgd zijn, omdat ze zelf in een risicogroep zitten of omdat iemand dichtbij in een risicogroep zit.

Ook waren er zorgen over de werkdruk. Docenten moeten immers weer 'echt' onderwijs gaan geven, maar ook het thuisonderwijs gaat door. "Hebben leraren wel tijd voor dat afstandsonderwijs als ze ook weer halve klassen les gaan geven?", vroeg SP'er Kwint zich af.

Geen bonnenboekje

In beide kwesties pleitte minister Slob voor flexibiliteit. "We staan niet meteen klaar met een bonnenboekje, coulance dus voor ouders die hun kind thuis laten."

Hetzelfde geldt voor leraren die liever niet voor de klas willen staan, omdat ze bang zijn om ziek te worden. "Deel met je werkgever welke zorgen je hebt", zei Slob. "Ik heb er vertrouwen in dat dat met elkaar kan worden geregeld. Die leraar zou bijvoorbeeld meer afstandsonderwijs kunnen geven of roosters kunnen maken."

En ook over de werkdruk die de combinatie van lessen op afstand en normaal onderwijs met zich meebrengt, moeten leraren en scholen in gesprek gaan, vindt de minister. "Er kunnen beperkingen zijn, bijvoorbeeld qua menskracht. Hoe dat gaat, moet ook blijken na 11 mei."

Risico op overdracht

Bij het besluit om de basisscholen weer deels open te openen, volgt het kabinet het advies van het Outbreak Management Team. Dat stelt dat het risico op overdracht van het virus klein is en dat kinderen zelf ook bijna nooit ernstig ziek worden.

Voorwaarde om die ruimte te nemen, is wel dat er voldoende capaciteit is om onderwijspersoneel te testen. De afgelopen weken ging het vaak over het tekort aan coronatesten in Nederland en dus maakten Kamerleden zich zorgen. Slob deelt die zorgen niet. "De toezegging is gedaan dat er voldoende capaciteit is om mensen te testen die klachten hebben. En dat geldt voor het hele schoolpersoneel."

Het debat ging niet alleen over veiligheid. Onder meer CDA en D66 maakten zich sterk voor zomeronderwijs voor leerlingen met een achterstand, die alleen maar groter is geworden door de coronacrisis.

Slob wilde daarover nog niks beloven, behalve dat hij ernaar gaat kijken. "We gaan reëel vooruitkijken hoe we achterstanden die zijn opgelopen op een verantwoorde manier gaan inhalen. Zomerscholen kunnen daar onderdeel van zijn." Hij verzekerde wel dat leraren niet gedwongen worden in de zomervakantie te werken.

Aan Slobs collega Van Engelshoven vroeg de Kamer of er steun komt voor studenten. Veel van hen lopen studievertraging op, bijvoorbeeld omdat tentamens niet doorgaan.

"Geen onderwijs, maar ze moeten wel hun kamerhuur en collegegeld betalen", zei Azarkan van Denk. "Kunnen ze in dat collegegeld niet een tegemoetkoming krijgen?", vroeg Westerveld van GroenLinks zich af. Minister Van Engelshoven zei bezig te zijn met maatregelen, maar vroeg om geduld, omdat de plannen nog moeten worden uitgewerkt.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl