Koolmees bevestigt: meeste pensioenkortingen van de baan
De meeste pensioenfondsen die in de problemen zijn, hoeven volgend jaar niet te korten op de pensioenen die ze verstrekken. Minister Koolmees van Sociale Zaken geeft ze langer de tijd om aan de vermogenseisen te voldoen. Die plannen waren al eerder uitgelekt, maar Koolmees bevestigt ze nu in een brief aan de Tweede Kamer.
Hij kan niet garanderen dat er helemaal geen pensioenen verlaagd zullen worden. Ongeveer 600.000 mensen zijn deelnemer in een fonds dat ondanks de soepelere regels toch onder de grens zit. Maar voor de vier grootste fondsen (ABP, PFZW, PME en PMT) biedt de maatregel verlichting.
"Kortingen zijn daarmee volgend jaar naar verwachting voor een groot deel van de baan", zegt Koolmees. Hij wil daarmee de onrust onder gepensioneerden wegnemen. Maar het is ook belangrijk om de aangekondigde hervorming van het pensioenstelsel, afgesproken in het pensioenakkoord, in alle rust uit te werken.
Minister Koolmees legt uit voor wie hij deze maatregel heeft genomen:
Dreigement GroenLinks en PvdA
"Rust en stabiliteit zijn nodig om dat de komende periode goed te doen", meent Koolmees. Oppositiepartijen GroenLinks en PvdA dreigden eerder hun steun aan het pensioenakkoord in te trekken, als er volgend jaar gekort zou worden op de pensioenen. Het kabinet hoopt op steun van GroenLinks en PvdA, voor een meerderheid in de Eerste Kamer.
Veel fondsen hebben volgens de minister op dit moment nauwelijks buffers om financiële tegenvallers op te vangen. Toch is de benodigde dekkingsgraad al verlaagd van 104 tot 100 procent. Tot nu toe hadden ze tien jaar de tijd om orde op zaken te stellen, dat wordt verlengd naar twaalf jaar.
Een dekkingsgraad van 100 betekent dat de waarde van het vermogen van een fonds 100 procent gelijk is aan de waarde van het geld dat het fonds in kas moet hebben om alle toekomstige pensioenuitkeringen te kunnen betalen.
Meetmoment uitgesteld
Op 31 december aanstaande zou er weer een meetmoment zijn om te kijken hoe de fondsen ervoor staan. Eigenlijk zouden fondsen die voor het zesde jaar op rij onder de norm zitten, dan moeten gaan korten. Maar Koolmees heeft besloten het meetmoment een jaar uit te stellen.
Alleen bij pensioenfondsen die minder dan 90 procent van het vereiste vermogen hebben, moet er toch gekort worden. Toezichthouder De Nederlandsche Bank (DNB) denkt dat het om vier fondsen gaat, met dus ongeveer 600.000 deelnemers. Zonder de versoepeling van de regels zouden waarschijnlijk 27 pensioenfondsen, met bijna 8 miljoen deelnemers, kortingen hebben moeten doorvoeren.
Om werkenden ook wat te laten profiteren van de ingreep, bepleit de minister dat fondsen tegelijkertijd de pensioenpremie tijdelijk niet verhogen en ook niet het bedrag verlagen wat deelnemers opbouwen bij een fonds. Daarmee wordt wel ingeteerd op de reserves van fondsen en daar kunnen de huidige werknemers uiteraard later alsnog last van krijgen.
Kritiek van de toezichthouder
DNB is kritisch op het uitstellen van kortingen. Volgens de toezichthouder leidt het uitstel van kortingen tot een ongewenste herverdeling van pensioengeld tussen werknemers. Want als de situatie niet verbetert, moet er volgend jaar harder worden ingegrepen. Ook wordt het nieuwe pensioenstelsel op deze manier belast met verliezen uit het verleden.
Toch toont DNB ook begrip voor het besluit van Koolmees. De toezichthouder steunt zijn intentie om de uitwerking van het nieuwe pensioenakkoord voortvarend ter hand te nemen.
Polder tevreden
Vakbond FNV is te spreken over de stap van Koolmees. Kortingen waren volgens voorzitter Han Busker onbegrijpelijk geweest. "Nu de acute dreiging van de baan lijkt, kunnen we voortvarend en in alle rust verder met de uitwerking van het pensioenakkoord", zegt Busker.
Ook CNV-voorzitter Arend van Wijngaarden vindt dat "een belangrijke hobbel" op weg naar een nieuw pensioenstelsel is platgeslagen. Maar CNV waakt voor al te veel optimisme. "Nog steeds is er een klein aantal fondsen dat het risico loopt te moeten korten. Deze ontwikkeling houden we uiteraard nauwlettend in de gaten", zegt Van Wijngaarden.
Ook de Vakcentrale voor Professionals vindt de "Pas op de plaats" positief, maar wijst erop dat veel afhangt van hoe de rente en de beurzen zich de komende tijd zullen gedragen. "Met de huidige 'koersen' zullen de maatregelen van de minister rust geven in 2020", zegt vice-voorzitter Gerrit van de Kamp. "Maar als de rente op 31 december zakt, kan dat tot grote uitslagen leiden."
Volgens de werkgevers moet alle aandacht nu uitgaan naar het uitwerken van het pensioenakkoord, "zodat het pensioenstelsel klaar wordt gemaakt voor de toekomst", zeggen VNO-NCW, MKB-Nederland en LTO Nederland in een gezamenlijke reactie.