Maastricht weigerde 'wurgcontract' voor Songfestival te ondertekenen
Maastricht heeft geweigerd een samenwerkingsovereenkomst van de NPO te ondertekenen over de organisatie van het Eurovisiesongfestival volgend jaar. Dat blijkt uit de notulen van een besloten raadsvergadering in augustus, die nu openbaar zijn geworden.
Wethouder Aarts van Financiën was geschrokken van de inhoud van die geheime overeenkomst, staat in het verslag. Het college vond die onaanvaardbaar en Aarts sprak van "een wurgcontract". Hij was bang dat de gemeente Maastricht grote financiële risico's zou lopen: "dit is immers een blanco cheque". De gemeente wilde de NPO een tegenbod doen "wat meer in evenwicht is". Dat is uiteindelijk ook gebeurd.
De NPO had de beide steden die in beeld waren om het Songfestival te organiseren - Maastricht en Rotterdam - gevraagd om behalve een eigen voorstel met begroting ook een ondertekende samenwerkingsovereenkomst in te dienen. In overleg met een advocaat heeft Maastricht die overeenkomst gewijzigd om, zoals het in de notulen wordt omschreven, de risico's voor de gemeente en voor de provincie Limburg 'beheersbaar' te maken.
Te vaag en te algemeen
Ook inhoudelijk had het gemeentebestuur problemen met de overeenkomst. De advocaat heeft in de raadsvergadering uitgelegd dat die in juridische zin "geen programma van eisen" is. Daarvoor is het concept te vaag en te algemeen, "omdat de NOS op dit moment eigenlijk ook niet goed weet wat allemaal nodig is voor het Eurovision Song Contest". In de notulen wordt de NPO ten onrechte consequent aangeduid als NOS.
Voor het aanbod van Maastricht was al met al 18,5 miljoen euro uitgetrokken en zou grotendeels worden betaald door de gemeente en de provincie. Naar vandaag bekend is geworden heeft Rotterdam 15,5 miljoen euro gereserveerd.
Gebaseerd op locatie
De NPO zegt in een reactie dat de samenwerkingsovereenkomst met Maastricht geen rol gespeeld bij de uiteindelijke keuze: die is grotendeels gebaseerd op de locatie. Rotterdam heeft de samenwerkingsovereenkomst wel ondertekend, maar de keuze voor die stad is op inhoudelijke gronden gemaakt; de locatie daar, Ahoy, werd beter geschikt geacht dan het MECC in Maastricht.
Omdat de keuze op Rotterdam viel, heeft de NPO verder geen aandacht meer besteed aan de alternatieve samenwerkingsovereenkomst die Maastricht had ingediend.