Nederlandse mediwiet in trek: staat zoekt tweede producent
De staat gaat een tweede bedrijf zoeken om extra medicinale cannabis te laten maken. Nu produceert één bedrijf mediwiet in opdracht van de overheid, maar door de toenemende vraag wil het Bureau voor Medicinale Cannabis (BMC) een tweede licentie uitgeven.
De eerste vergunning werd zestien jaar geleden afgegeven. Binnenkort worden de voorwaarden bekend waaraan een tweede producent moet voldoen. De Europese aanbestedingsprocedure zal komende weken van start gaan. Het wordt de tweede poging om een extra producent te selecteren. Vorig jaar liep het mis, nadat er bezwaar was gemaakt tegen de procedure. De gestelde eisen werden als onredelijk ervaren.
Het enige bedrijf dat nu mediwiet produceert, is Bedrocan uit Emmeloord. Het BMC koopt de hele oogst, 80 tot 100 kilo per week, en levert dat aan apotheken en ziekenhuizen. Ruim de helft is bestemd voor de export en gaat naar patiënten in onder meer Duitsland, Italië en Polen.
Enigen ter wereld
In het buitenland is grote belangstelling voor de wiet uit Emmeloord, omdat de kwaliteit altijd hetzelfde is. "Wij zijn de enigen ter wereld die dat kunnen," zegt directeur Tjalling Erkelens van Bedrocan. BMC controleert de hele keten, ieder bloempje wordt geregistreerd. Deze constructie dateert uit de tijd dat Els Borst (D66) minister van Volksgezondheid was. Zij vond dat cannabis als geneesmiddel beschikbaar moest komen. Het BMC werd in 2000 opgericht.
BMC gaat een tweede producent selecteren omdat er in de maatschappij een stijgende behoefte is aan meer product en ook aan meer variatie, zegt directeur Marco van de Velde. "Patiënten vragen er om. Dat geeft wel aan dat er ergens werkzaamheid is."
Bedrocan produceert vijf types met verschillende gehaltes aan thc (tetrahydrocannabinol) en cbd (cannabidiol), de belangrijkste werkzame stoffen in cannabis. De verkoop van Bedrocan is de afgelopen vijf jaar ongeveer verzesvoudigd tot ruim 2604 kilo in 2018.
Onvoldoende bewijs
Steeds meer mensen met bijvoorbeeld pijnklachten zeggen baat te hebben bij de stoffen thc en cbd. Enkele huisartsen schrijven het ook wel voor, maar het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) is niet overtuigd. "Er is onvoldoende bewijs voor pijnreductie of verbetering van kwaliteit van leven door behandeling met cannabis", verklaarde het NHG vorig jaar nog. Zorgverzekeraars vergoeden behandeling met cannabis niet.
Het NHG stelt zijn mening niet bij naar aanleiding van de geplande uitbreiding van de productie, "omdat er geen nieuw onderzoek is gedaan naar de in Nederland beschikbare varianten".
Wel ruimte
Aan het Leids Universitair Medisch Centrum wordt wetenschappelijk onderzoek gedaan naar cannabis als pijnstiller. Hoogleraar anesthesiologie Albert Dahan begrijpt de huisartsen wel. "Ik was aanvankelijk ook vrij sceptisch. Wij besloten onderzoek te doen en zagen een duidelijk effect van thc. Ik zie wel degelijk dat er ruimte is voor gebruik van cannabis in de toekomst."
Inmiddels is hij positiever over de effecten van cannabis. Hij denkt dat het goed kan werken, samen met de traditionele pijnstillers op basis van morfine. Door ze te combineren, kunnen de doses van beide omlaag, is zijn verwachting. Dahan wil wel meer onderzoek doen om meer zekerheid te krijgen over de effecten van gecombineerd gebruik.
Het belangrijkste verschil tussen medicinale cannabis en recreatieve cannabis, zoals die in de coffeeshop wordt verkocht, is de constante kwaliteit. Door de gecontroleerde omstandigheden in Emmeloord zijn de gehaltes thc en cbd altijd exact gelijk. Bij de wiet die wordt gerookt willen die nog al eens variëren. Ook zitten daar vaak pesticiden in. Voor een medicijn zou dat ontoelaatbaar zijn.