Belangrijke test: kunnen de Amerikanen na 8 jaar weer zelf de ruimte in?
Wim Kopinga
redacteur Online
Wim Kopinga
redacteur Online
Het heeft lang geduurd, maar het zou kunnen dat de Amerikanen deze zomer na acht jaar weer zelf astronauten de ruimte in brengen. Voordat dat gebeurt, moet er morgen een belangrijke horde worden genomen: de eerste testvlucht met de SpaceX Crew Dragon.
Voor het bedrijf van Elon Musk, de Verenigde Staten en de ruimtevaart in het algemeen is dit een belangrijk moment. Als deze test goed verloopt, zijn de Amerikanen niet meer afhankelijk van de Russen voor het lanceren van astronauten naar de ruimte. Sinds het Space Shuttle-programma in 2011 werd stopgezet was dat wel het geval.
Naast de kostprijs voor een tripje naar het internationale ruimtestation ISS in een Russische Sojoez-raket - 71 miljoen dollar per zitje - is deze afhankelijkheid een doorn in het oog. "Dat steekt natuurlijk in de VS", zegt Rob van den Berg, directeur van het Space Expo in Noordwijk. "Ook loopt het contract ergens dit jaar af. Dan zou de toekomst onzeker zijn. Dat willen de Amerikanen niet."
Daarom werd er naar alternatieven gezocht, en in 2014 gaf NASA de taak aan SpaceX en Boeing om een ruimtevaartcapsule te ontwikkelen die Amerikanen weer van Amerikaanse bodem zou kunnen lanceren. SpaceX is morgen de eerste die een test uitvoert met hun Crew Dragon. In April zal Boeing volgen met de CST-100 Starliner.
Voor SpaceX ziet het er goed uit, zegt Van den Berg. "Het bedrijf van Elon Musk heeft al laten zien dat het de technologie beheerst. De Crew Dragon is namelijk niet helemaal nieuw, hij is op de Cargo Dragon gebaseerd." Dat is de vrachtcapsule die het ruimtevaartbedrijf de laatste jaren al zestien keer naar het International Space Station heeft gelanceerd.
Om in diezelfde capsule mensen te vervoeren zijn er aanpassingen gedaan. Sommige vrij praktisch; in de Crew Dragon zitten bijvoorbeeld ramen en zeven stoelen voor de bemanning.
Bekijk hier hoe de Crew Dragon eruitziet:
Er wordt ook nog meer ingezet op veiligheid, zegt Van den Berg. "Er zit een life support system in om de bemanning in de ruimte zolang mogelijk in leven te houden. Dat is nodig, want er zijn veel dingen die mis kunnen gaan. Dat maakt de ruimtevaart zo ingewikkeld en kostbaar."
De missie van morgen is daarom onbemand. Er moet worden aangetoond dat de Crew Dragon veilig is voor astronauten in de capsule én het ISS - waar hij aan gekoppeld zal worden.
In totaal blijft hij zes dagen in de ruimte. Zondag komt hij ongeveer 24 uur na lancering aan bij het ISS. Vijf dagen later, op 8 maart, keert het toestel terug naar aarde om in de Atlantische Oceaan, vlak voor Florida, in zee te plonsen. Als deze testvlucht succesvol eindigt volgen er voor de zomer nog een aantal tests rond de veiligheid. Wanneer de Crew Dragon deze doorstaat volgt in juli de eerste bemande vlucht richting het ISS.
Benieuwd wie er deze zomer als eerste in de Crew Dragon stappen? Bekijk de reportage van The Verge: