Ook Hoge Raad geeft Guus Kouwenhoven 19 jaar voor oorlogsmisdrijven
De veroordeling van zakenman Guus Kouwenhoven (76) voor oorlogsmisdrijven en overtreding van VN-wapenembargo's tegen Liberia blijft in stand.
Dat heeft de Hoge Raad bepaald, nadat Kouwenhoven tegen de veroordeling van het gerechtshof in Den Bosch in cassatie was gegaan. Het hof veroordeelde hem in april vorig jaar tot een celstraf van 19 jaar.
In Liberia woedde begin deze eeuw een jarenlange burgeroorlog, waarbij zo'n 150.000 mensen zijn gedood. Het hof oordeelde vorig jaar dat Kouwenhoven in 2000 en 2001 wapens heeft geleverd aan de toenmalige dictator Charles Taylor van Liberia.
In ruil daarvoor kreeg zijn houtkapbedrijf een voorkeursbehandeling van de regering. Met de wapenleveranties schond hij het wapenembargo dat was ingesteld door de Verenigde Naties.
Amnestiewet
Kouwenhoven beriep zich bij de Hoge Raad op een amnestiewet die Taylor in 2003 vlak voor zijn aftreden als president had goedgekeurd. Daarin kreeg iedereen die tijdens de burgeroorlog misdaden had begaan amnestie.
Volgens de Hoge Raad staat deze Liberiaanse wet strafvervolging in Nederland niet in de weg. Ook stelt de Raad dat Nederland zich in internationale verdragen heeft verplicht om bij verdenking van oorlogsmisdrijven een strafrechtelijk onderzoek in te stellen en een verdachte zo nodig te vervolgen.
Kouwenhoven verblijft in Zuid-Afrika. Hij werd in december vorig jaar opgepakt in Kaapstad en korte tijd later op borgtocht vrijgelaten. Hij moest zijn paspoort inleveren.
In april werd de uitlevering aan Nederland uitgesteld, omdat hij met een gecompliceerde beenbreuk in het ziekenhuis lag. De uitleveringszaak is nog altijd niet afgerond.