Steden doen weinig aan luchtvervuiling door verkeer
De meeste grote en middelgrote Nederlandse steden hebben nauwelijks ambities als het gaat om het schoner maken van het verkeer. Dit concludeert de stichting Natuur en Milieu, na een analyse van de coalitieakkoorden van 32 stedelijke gemeenten.
Luchtvervuiling, met name door diesels, is een probleem in veel steden. Door bijvoorbeeld het stimuleren van fietsen, het aanleggen van laadpalen voor elektrische auto's, het gebruik van elektrische bussen en het invoeren van milieuzones kunnen gemeenten hier iets aan doen.
Maar slechts enkele van de onderzochte steden maken hier serieus werk van, aldus Natuur en Milieu. Minder dan de helft van de gemeenten heeft concrete plannen voor elektrisch rijden. "In één op de drie coalitieakkoorden wordt elektrisch rijden niet eens genoemd", aldus directeur Marjolein Demmers. "Een kwalijke zaak."
Utrechtse winkels
Koploper in positieve zin is de stad Utrecht, waar winkels in de nabije toekomst alleen nog met elektrische - of andere voertuigen zonder uitstoot - mogen worden bevoorraad. Ook wil de Domstad zijn vervuilende dieselbussen vervangen door elektrische bussen.
Naast Utrecht worden ook Den Haag, Leiden en Zaanstad genoemd als steden met serieuze plannen om de vervuiling door het verkeer in te perken. Die uitstoot is niet alleen slecht voor de gezondheid door stikstofdioxide en fijnstof, maar draagt ook bij aan klimaatverandering door de emissie van CO2.
GroenLinks
De steden met de minste ambitie worden aangevoerd door Venlo, gevolgd door Almere en Leeuwarden. Ook Apeldoorn, Enschede, Alphen aan den Rijn en Zoetermeer scoren een onvoldoende op de lijst.
Natuur en Milieu noemt het opvallend dat er geen verband is tussen de politieke kleur van colleges en de duurzame ambities van een stad. Zo zit GroenLinks in het college van hekkensluiter Venlo, en ook in steden als Arnhem en Zwolle, die 'matig' scoren. Amsterdam, waar GroenLinks de dienst uitmaakt, scoort 'redelijk'.