Vuurwerkrapport heeft geen gevolgen voor komende jaarwisseling
We kunnen dit jaar nog gewoon thuis vuurwerk afsteken, zegt minister Grapperhaus. Hij reageert daarmee op het advies van de Onderzoeksraad voor Veiligheid. Die wil een verbod op knalvuurwerk en pleit voor grote georganiseerde vuurwerkshows in gemeenten.
"Het is technisch niet mogelijk om wetgeving op dit punt nog voor het einde van het jaar rond te hebben. Dat is een ding dat zeker is", zei hij direct na het verschijnen van het rapport.
De minister van Justitie en Veiligheid heeft het rapport van de OVV net gelezen en vindt dat er "een aantal ernstige, ter harte te nemen observaties in staan".
Grapperhaus gaat komende week al in gesprek met burgemeesters en korpschefs en wil op korte termijn met de Tweede Kamer van gedachten wisselen. Maar dat betekent dus niet dat er voor de jaarwisseling op landelijk niveau al iets met de adviezen gedaan kan worden.
'Eerst goed lezen'
Staatssecretaris Van Veldhoven van Infrastructuur en Waterstaat gaat over de soorten vuurwerk die in Nederland verkocht mogen worden. Zij zegt het rapport belangrijk te vinden, maar wil nog niet zeggen of ze de adviezen gaat opvolgen. "Ik ga het eerst goed lezen."
Ze zegt dat er twee kanten aan vuurwerk zitten: aan de ene kant genieten mensen ervan en aan de andere kant gebeuren er veel ongelukken. Ze zegt dat zij en minister Grapperhaus nog voor de Kerst naar buiten brengen wat zij willen.
Korpschef Akerboom van de Nationale Politie kan zich vinden in de conclusies van de Onderzoeksraad. "Het zal wel degelijk een verschil maken als het wordt verboden", zei hij in De Ochtend op NPO Radio 1. Hij is niet bang dat mensen boos worden als ze in de toekomst geen knalvuurwerk mogen afsteken.
Volgens Akerboom is de onduidelijkheid nu juist het probleem. "Je ziet niet wat je op je af krijgt, je weet niet of het legaal of illegaal is. Het geeft een bijzonder grimmige sfeer en helaas ook te veel slachtoffers, ook aan de zijde van de hulpverleners." Akerboom denkt dat een verbod niet alles oplost, en beklemtoont dat ook gemeenten, scholen en ouders zelf iets aan de agressiviteit kunnen doen, bijvoorbeeld in de opvoeding.
In het radioprogramma reageerden ook de burgemeesters Wienen van Haarlem en Krikke van Den Haag. Beiden pleiten ervoor om een eventueel verbod landelijk te regelen. "Het heeft niet zoveel zin om dit per stad te organiseren, want dan gaan mensen buiten de bordjes van de bebouwde kom alsnog vuurwerk afsteken", zei Krikke.
Krikke en Wienen zien allebei dat de publieke opinie meer richting een verbod verschuift, maar zeggen ook dat nog lang niet iedereen er wat voor voelt. Burgemeester Wienen pleit er dan ook voor om een eventueel verbod langzaam in te voeren, omdat het een ingrijpende verandering is. Hij vindt het zelf een goed idee om te beginnen met het verplaatsen van de afsteektijd van 18.00 uur 's avonds naar middernacht, want dan is het Nieuwjaar. "En wat mij betreft stopt het dan twee uur later weer."
Wienen kan zich vinden in de conclusie om zwaar vuurwerk aan banden te leggen. "Met het aanpakken van knalvuurwerk ben ik het zeer eens. De schade die daardoor wordt aangericht is gigantisch. De verwondingen, vernielingen, het gaat per gemeente om tienduizenden euro's." Zelf was hij erbij toen een paar jaar geleden een dode viel bij de oud-en-nieuwviering. "Het is zo dramatisch wat je dan ziet. De beelden, de ontreddering van de familie. Ik zal het nooit vergeten."
De eerste reacties uit de Tweede Kamer zijn niet enthousiast over een vuurwerkverbod. De regeringspartijen VVD, CDA en D66 vinden de aanpak van illegaal vuurwerk belangrijker.