Zonderland slingert aan één arm naar zilver, brons voor Deurloo
Ondanks een sensationele oefening heeft Epke Zonderland bij de WK turnen in Montreal genoegen moeten nemen met een zilveren medaille in de rekstokfinale. De Kroaat Tin Srbic pakte het goud en Bart Deurloo brons.
Tijdens het uitvoeren van de Cassina-Kovac greep Zonderland mis met zijn linkerhand, maar hij hield zich knap vast met zijn rechterhand en kon daardoor zijn oefening toch voltooien. De Fries bracht zijn oefening op spectaculaire wijze tot een einde en kreeg daarvoor een ovationeel applaus van het publiek.
Het spectaculaire optreden ten spijt werd de misgreep Zonderland ook stevig aangerekend door de jury. Zijn beoogde moeilijkheidsgraad zakte van 7,3 naar 6,5, wat hem uiteindelijk het goud kostte.
Uiteindelijk kwam de Fries uit op vier vluchtelementen in plaats van vijf en bij zijn afsprong stond hij niet stil. Desondanks werd hij beloond met 14,233 punten, iets meer dan Deurloo (14,200). Srbic kwam in een degelijke, maar foutloze oefening tot 14,433.
Het betekende de derde zilveren WK-medaille voor Zonderland in zijn loopbaan. Twee keer werd de olympisch kampioen van 2012 wel wereldkampioen. Dat was in 2013 en 2014.
Eerste WK-medaille Deurloo
Deurloo moest als eerste van start in de finale en greep met zijn oefening zijn eerste WK-medaille ooit. Hij slaagde er niet in zijn gewenste 'triple' uit te voeren. Na de Kovacs/Cassina kwam hij niet goed uit voor de Kolman.
Twee Nederlanders in een WK-finale op rek was pas één keer eerder voorgekomen. In 2007 in Stuttgart werden Zonderland en Jeffrey Wammes respectievelijk vierde en vijfde.