Waarom moet een vegaburger op vlees lijken?

• Petra Steenhoff

  redacteur Online

De NVWA heeft de Vegetarische Slager op de vingers getikt omdat consumenten misleid zouden worden door de naam van de vleesvervangende producten die het bedrijf aanbiedt. Zoals vegetarische Kipstuckjes, Gehacktbal en Gerookte Speckjes. Waarom krijgen deze vleesvervangers eigenlijk een naam die suggereert dat het om vlees gaat. Is dat echt nodig?

Volgens Jaap Korteweg, directeur van de Vegetarische Slager wel. "Het is niet zo dat vegetariërs niet van vlees houden. Het is juist omgekeerd. Er zijn zo weinig vegetariërs omdat mensen zoveel van vlees houden. De enige manier om dat te veranderen is volgens mij om de vegetarische producten zoveel mogelijk op vlees te laten lijken."

"We proberen de smaak en structuur van vlees dan ook zoveel mogelijk te kopiëren", legt hij uit. "Door het gebruik van een dierennaam in het product maken we de consument duidelijk wat voor product hij kan verwachten."

Dat zijn bedrijf nu door de NVWA op de vingers is getikt noemt hij "heel vreemd". Volgens Korteweg is het overduidelijk dat het om vegetarische producten gaat en sterker nog, "het laatste dat wij willen is dat er verwarring ontstaat want wij bieden een in verhouding duur product aan, duurder vaak dan vlees uit de bio-industrie. We willen dus dat het voor de consument gewoon duidelijk is dat het om een vegetarisch product gaat."

Historisch gegroeid

Ook GoodBite biedt vegetarische producten aan met 'vleesnamen' als Braadworstjes, Cordon Bleu, Gehaktbal in jus en zelfs een BBQ-Pakket. Volgens marketing manager Mark van Noorloos is dat historisch zo gegroeid. "In het begin was de markt voor vegetarische producten nog heel klein en consumenten bleken het vaakst vleesvervangers te kopen die zoveel mogelijk leken op vlees."

Ook nu is het volgens Noorloos nog zo dat beginnende vegetariërs naar de producten grijpen die het meest op vlees lijken. "Die productgroep moet je dus zeker in je assortiment hebben. Maar hoe langer mensen vegetariër zijn, des te vaker gaan ze andere vegetarische producten proberen."

De huidige trend is volgens Noorloos om minder vlees te kopiëren en meer eigen producten te verzinnen op basis van andere plantaardige eiwitten, zoals bonen, quinoa, champignons, pompoen, zoete aardappel en noten. Maar de worstjes, cordon bleus en andere vleeskopieën zullen volgens hem altijd in het assortiment blijven.

Flexitariërs

Verkoopleider Richard Jansen van vegaproducent Vivera beaamt dat. De grootste groep mensen die vegetarische producten koopt zijn volgens hem de flexitariërs. "Uit overwegingen van gezondheid, milieu en dierenwelzijn eten ze minder vaak vlees, maar dan willen ze wel iets wat er op lijkt. Ze willen iets met de bite, smaak en beleving van vlees, maar zonder het dierenleed."

Mensen vinden vleesvervangers in verhouding tot vlees vaak duur. "Vlees uit de bio-industrie is juist veel te goedkoop", vindt Jansen. "Als je de vegetarische producten afzet tegen biologisch vlees is het prijsverschil veel meer in balans. Als meer mensen vegetarisch gaan eten, zal de prijs van de producten ook gaan dalen omdat het volume dan groter wordt."

Nihil

Volgens Jansen komt de discussie die nu weer is opgelaaid over de verwijzing naar vlees in de productnaam steeds weer terug. "Maar ja, er staat op de verpakking dat het vegetarisch is en het ligt in een apart schap, dus de kans dat de consument misgrijpt is nihil", zegt hij.

Daarnaast zijn er volgens hem nog wel andere zaken waar de naam niet helemaal overeenkomt met wat er inzit, "zoals de slavink, waar geen sla en geen vink in zit, vleestomaten zonder vlees en het spekje en de katjesdrop in het snoepvak".