Veiligheidsdienst: IS-kinderen bedreiging voor Nederland
Lesboeken met tekeningen van handgranaten, gevechtstraining en -ervaring. En Nederland hoort bij de 'kruisvaarderscoalitie', de vijand die uitgeroeid mag worden. Zo krijgen kinderen volgens de NCTV en de AIVD onderwijs in gebieden waar terreurgroep IS de scepter zwaait. Met name kinderen die een gevechtstraining of -ervaring hebben, vormen volgens de veiligheidsdiensten een bedreiging voor de Nederlandse samenleving.
De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) en de AIVD presenteren vandaag het rapport Minderjarigen bij ISIS, waarin ze het leven beschrijven van minderjarigen die een tijd in IS-gebied zitten en misschien later terugkeren naar Nederland. Ook wordt beschreven hoe kinderen gebruikt worden voor propagandadoeleinden, hoe ze worden opgevoed en welke rol ze uiteindelijk krijgen in de strijd.
Minderjarigen die een tijd onder IS-bewind in Syrië of Irak hebben gewoond, zijn gewend geraakt aan gruwelijkheden en kunnen daardoor getraumatiseerd zijn. De vrees is dat daardoor de drempel voor het gebruik van geweld is verlaagd.
Toch vinden de AIVD en de NCTV dat kinderen in de eerste plaats gezien moeten worden als slachtoffers van IS. Kinderen die in oorlogsgebied hebben gezeten, krijgen ernstige vormen van stress en trauma, wat zich kan uiten in agressie, hevige angsten, signalen van post-traumatische stress-stoornis en een plotseling spraakgebrek.
Maar ook kinderen die nooit in IS-gebied zijn geweest, kunnen een bedreiging vormen voor Nederland. Voorbeelden in buurlanden laten zien dat tieners vatbaar zijn voor het jihadisme.
Zo probeerde een 12-jarige Duits-Irakese jongen eind december een aanslag te plegen met een spijkerbom. Hij had contact met IS via de berichtenapp Telegram. Iets eerder waren in de buurt van Frankfurt al twee jongeren van 15 en 17 gearresteerd op verdenking van het voorbereiden van een aanslag.
In Frankrijk werd in augustus vorig jaar een meisje van 16 opgepakt. Ze had op internet gezegd dat ze in naam van IS een aanslag wilde plegen. En in februari van dit jaar speelde in Frankrijk nog een zaak rond vier meisjes van 14 tot 18 jaar die via sociale media contact hadden met een IS-strijder in Syrië die optrad als coach voor sympathisanten in het buitenland.
De veiligheidsdiensten kwamen eerder al met een schatting van het aantal kinderen met een Nederlandse link in IS-gebied: dat zijn er op dit moment zo'n 80. Ongeveer de helft is door een of beide ouders meegenomen naar het strijdgebied, de anderen zijn daar geboren. De helft van de kinderen is drie jaar of jonger, 30 procent is tussen vier en acht jaar. De rest is negen jaar of ouder. Dat zijn dus ongeveer 16 kinderen, die mogelijk militair getraind zijn.
