Zuid-Afrika voor Internationaal Strafhof gedaagd
Zuid-Afrika moet zich voor het Internationaal Strafhof (ICC) verantwoorden voor het negeren van het arrestatiebevel van de Sudanese president Bashir.
Twee jaar geleden bezocht Bashir het land voor een top van de Afrikaanse Unie. Er gold toen een arrestatiebevel voor hem, wegens verdenkingen van oorlogsmisdaden. Zuid-Afrika was verplicht Bashir op te pakken en uit te leveren. Maar ondanks een uitspraak van een rechter liet het land hem toch vertrekken.
Terugtrekking
De timing van het hof is saillant. Eerder op de dag maakte de VN bekend dat Zuid-Afrika zich toch niet terugtrekt uit het Internationaal Strafhof.
Vorig jaar besloot de regering dat het zich wilde terugtrekken en diende daar ook een officieel verzoek voor in. De zaak-Bashir was daar de aanleiding voor. Maar vorige maand werd de regering teruggefloten door een hoge rechter, die besloot dat het onwettig is.
Zuid-Afrika beschuldigde het ICC van partijdigheid en zei dat het strafhof zich te veel richt op Afrikaanse landen. Andere Afrikaanse landen zoals Gambia en Burundi besloten eerder om dezelfde reden zich terug te trekken uit het Strafhof. De nieuwe president van Gambia, Adama Barrow, draaide vorige maand het besluit van zijn voorganger terug.
Het tribunaal, gevestigd in Den Haag, richt zich op de vervolging van volkerenmoorden, oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid. Sinds de oprichting van het hof in 2002 zijn er alleen Afrikanen gedaagd.