Links Amerika is de verslagenheid nog steeds niet te boven en de Democratische partij kan het verlies bij de Amerikaanse presidentsverkiezingen maar nauwelijks verwerken. Een meerderheid van de Democratische kiezers wil dat hun partij een linksere koers gaat varen.
De partij is letterlijk stuurloos geworden en is op zoek naar een voorzitter. Voor dat partijvoorzitterschap hebben zich inmiddels meerdere kandidaten gemeld, onder wie Howard Dean (linkse kandidaat in 2004) en Keith Ellison (een van de twee islamitische leden van het Congres).
Ook Bernie Sanders laat van zich horen. "De arbeidersklasse van dit land wordt gedecimeerd, dat is waarom Donald Trump heeft gewonnen", zei Sanders afgelopen zondag. "Wat we nu nodig hebben, zijn kandidaten die voor die werkende mensen gaan staan."
Met het monopolie van de Clintons lijkt het in elk geval voorlopig gedaan en het besef begint in te dalen dat de partij de arbeidersklasse inderdaad is kwijtgeraakt aan de Republikeinen.
Desastreuze gevolgen
Historicus en journalist Thomas Frank werd twaalf jaar geleden beroemd met het boek What's the Matter with Kansas, waarin hij schreef dat de Democraten de stem van de blanke arbeiders dreigden te verliezen aan de Republikeinen. Dit jaar waarschuwde hij nog een keer, maar er werd niet geluisterd.
Ruim twintig jaar geleden ging het onder Bill Clinton volgens Frank al mis. Clinton ging voluit voor vrijhandel, voor deregulering van Wall Street, voor het neoliberalisme. Stuk voor stuk maatregelen met desastreuze gevolgen voor de lagere klassen, en vooral voor minderheden.
Progressieven zoals Frank dachten acht jaar geleden dat er met Barack Obama eindelijk een andere wind zou gaan waaien. Maar op een aantal voor hen cruciale dossiers liet Obama het afweten, vindt Frank.
"President Obama had de kans om de banken hard aan te pakken. Dat was toen de prangende vraag in het land. Dat was stap 1: met de sloophamer naar Wall Street. Hij had die managers kunnen ontslaan, en hij deed het niet."
Frank: "En als je bijna alleen maar Harvard-economen in je kabinet opneemt, krijg je een zeer beperkte visie aangereikt, die niemand in je kabinet weerspreekt. Daarbij komt ook nog de houding van deze toptalenten, de allerbesten uit hun veld: ze hebben een nauwelijks verholen minachting voor de laagopgeleide onderklasse."
De liberale klasse die de Democratische partij runt, vertrouwde erop dat de midden- en onderklassen hen bij gebrek aan beter zouden steunen.
In zijn nieuwe boek Listen, Liberal: Or, What Ever Happened to the Party of the People? schrijft Frank dat de Democratische Partij vooral de belangen dient van de hoogopgeleide professionals: juristen, academici, topmanagers en bankiers.
Een groep die veranderingen niet nodig acht omdat de Democraten dachten alle verkiezingen te kunnen winnen, zegt Frank. "Ze hadden het over 'de coalitie van de opkomenden'. Waarmee ze bedoelden dat hun kiezers in aantal toenemen. Jonge mensen, latino's, Afro-Amerikanen. Etnische minderheden en jongeren, het worden er meer, terwijl de Republikeinse kiezers juist in aantal afnemen."
Maar de Republikeinen lieten het er niet bij zitten en probeerden een "deel van de Democratische kiezers los te bikken". "En dat is gelukt: de blanke arbeiders", zegt Frank.
Volgens Frank had links Amerika een comeback kunnen maken, maar dat is niet gebeurd. "Radicaal-rechts heeft gewonnen. En dat is heel deprimerend", zegt hij.
"Tot een maand geleden had ik allerlei oplossingen voor de Democratische partij; je doet dit of dat en dan win je, dan blijf je winnen. Dat kan nu niet meer."