'Stop integratiegesprekken met Turks-Nederlandse organisaties'
Turks-Nederlandse organisaties werken eerder de integratie van Nederlanders met een Turkse achtergrond tegen dan dat ze die bevorderen, vindt de Tweede Kamer. Daarom moet de overheid niet meer met ze in gesprek gaan. Een motie van de VVD, SP en D66 hierover kreeg steun van een Kamermeerderheid.
De partijen vinden de organisaties slechte gesprekspartners voor de overheid, omdat zij "georganiseerd zijn langs politieke en religieuze scheidslijnen in Turkije" en maar een klein deel van de Nederlanders met een Turkse achtergrond vertegenwoordigen.
Zolang de overheid met ze blijft praten en ze een officieel podium biedt, houden zij zichzelf en elkaar in stand, zegt de Kamer. De overheid moet juist op zoek naar gesprekspartners "via scholen, buurten en wijken" die niet bij ze zijn aangesloten.
Lange arm van Ankara
Het Kamerbesluit is het gevolg van een hoorzitting in oktober op initiatief van SP-Kamerlid Karabulut naar de sfeer van bedreiging en intimidatie na de couppoging in Turkije in juli. Volgens Karabulut vertegenwoordigen de organisaties 'de lange arm' van Ankara.
De Turkse organisaties verdedigden zich tegen dat beeld en zeiden dat Nederlandse politici te weinig medeleven hebben getoond na de couppoging in Turkije.