Ankara wil journalisten 'het ware verhaal' vertellen
“Media zijn heel belangrijk voor Turkije. De democratie floreert. Als voorbeeld daarvan breiden de vrijheden voor de pers zich uit.” Aan het woord is de plaatsvervangend voorzitter van het Turkse parlement, Mehmet Ali Kumbuzoglu.
En zo kreeg een groep Europese journalisten meer verrassends te horen over het Turkije van vandaag, in een rondgang langs Turkse overheidsorganen in Ankara. De Turkse regering nodigde ze uit, om vanuit Turks perspectief te vertellen over de coup van 15 juli en de reactie daarop door de regering-Erdogan.
De hele onderneming had veel weg van een propaganda-tour. Een ouderwetse ‘persreis’, georganiseerd door het Directoraat voor Pers en Informatie. In een poging die informatie te stroomlijnen en te beheersen, om de Turkse versie van het verhaal te vertellen.
Diep teleurgesteld
Nou, daar gaan we dan: “15 juli 2016, het was een donkere nacht. Leden van de Fethullah Terreur Organisatie pleegden een bloedige couppoging,” klinkt het in een korte film die de groep journalisten te zien krijgt bij aanvang van de tour.
Met geluid van zware cello’s en beelden van de coup-nacht, krijgt het westen er zwaar van langs. “Hoewel alles glashelder is, blijven westerse media afgezwakte termen gebruiken voor Fethullah Gülen. Zoals ‘gepensioneerde prediker’, ‘welbespraakt’ en ‘populair’, om hem zo neer te zetten als een onschuldig man." "Westerse staten en media hebben het Turkse volk diep teleurgesteld,” vertelt de voice-over.
Bekijk het filmpje hieronder.
Het verhaal van de coup is in Turkije vooral een heldenverhaal, van duizenden mensen die tanks en zwaarbewapende militairen met hun blote handen te lijf gingen. En zo wisten ze te voorkomen dat die militairen in de nacht van 15 juli de macht konden grijpen. Ze hielden de democratie overeind. Hoe kun je daar nou moeilijke vragen over stellen?
Moeilijke vragen
Die moeilijke vragen komen toch, vanuit het reisgezelschap van journalisten. Want uit de gesprekken in Ankara blijkt dat de mantra dat de ‘Fethullah Terreur Organisatie’ achter de coup zit inmiddels een overtuiging is in Turkije. FETO, zoals de regering de organisatie heeft gedoopt, is de schuldige, en wie vraagt naar bewijs voor die stelling is zelf verdacht.
“Het bewijs zal komen, tijdens de rechtszaken tegen de daders van de coup,” zegt Mehmet Akarca, hoofd van het Directoraat voor Pers en Informatie. Maar ondertussen zijn al meer dan 100.000 mensen ontslagen, geschorst of gevangengezet, allemaal op basis van beweringen en aannames, werpen de journalisten tegen.
“Bent u nou tegen terreur of niet?” is de tegenvraag van Akarca. Hij zet een punt achter de discussie: “Als u nog steeds niet gelooft dat Gülen er achter zit, dan moet Gülen in uw land misschien doen wat hij hier gedaan heeft.”
Sluiting tv-stations
Moeilijke vragen zijn er ook over de persvrijheid in Turkije, in de nasleep van de coup. Deze week werden opnieuw 23 televisie- en radiostations gesloten. Allemaal kanalen die een oppositiegeluid laten horen. Ze worden ervan beschuldigd dat ze propaganda maken voor terreur.
Tijdens een ontmoeting met een redactiechef van staatsomroep TRT wordt duidelijk welke gedachte hier achter zit. De gesloten kanalen berichten veel over de strijd in de Koerdische gebieden, en laten daarbij ook PKK-strijders aan het woord in hun uitzendingen. “Dat is niet legaal. Het zou voor ons ondenkbaar zijn,” zegt TRT-chef Fatih Sahingoz.
Maar moet een journalist niet beide partijen in een conflict aan het woord laten, zodat we het conflict beter gaan begrijpen? Sahingoz noemt dit een ‘andere benadering van journalistiek’: “Door een terrorist te interviewen geef je hem een podium,” zegt hij. Dat is wat de Turkse regering ‘propaganda voor terreur’ noemt.
Of zijn deze sluitingen van tv-stations gewoon bedoeld om de Koerdische oppositie de mond te snoeren? Op die vraag gooit de TRT-chef de deur op slot zoals ook de Turkse overheid dat doet: “Turkije is een rechtsstaat, iedereen moet binnen de kaders van de wet zijn werk doen.”
Ottomaanse sultans
En zo probeert de Turkse regering iets te doen aan de ‘verkeerde perceptie’ over Turkije, in westerse media. “U bent genoeg blootgesteld aan de versie van de Gülen-beweging of de PKK, want zij hebben sterke structuren in uw landen. Nu hebt u ook ons perspectief kunnen horen,” zegt een woordvoerder op het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Aan het einde van de tour is er een indrukwekkende ontmoeting met vijf mensen die in de nacht van de coup de straat op gingen en gewond raakten. “Ik ging als moeder naar de militairen,” zegt de 61-jarige Mine Ozer. “Doe dit niet, zei ik tegen ze. Maar de commandant gaf bevel om te schieten, ik werd geraakt in mijn arm.”
Volgens de vijf slachtoffers van de coup is 15 juli een historische dag, ‘die de loop van de wereldgeschiedenis heeft veranderd’, zegt de 27-jarige Muammer Polat. De coup-nacht heeft hem trots gemaakt op Turkije en op zijn president. “Wij zijn triest dat we niet leven in de tijd van de grote Ottomaanse sultans. Maar gelukkig leven wij in de tijd van Recep Tayyip Erdogan.”