Gebroken stem, maar geen spoor van berouw in laatste woord Van Rey
"Ik hoop dat ik op 12 juli niet te horen krijg dat ik met pensioen kan gaan." Dat zei oud-wethouder Jos van Rey (71) op de zestiende en laatste zittingsdag in zijn strafproces. Daarmee vroeg hij impliciet om vrijspraak aan de rechter.
"Hij had een gebroken stem en was geëmotioneerd", zegt verslaggever Mattijs van de Wiel. "Hij benadrukte dat hij alles voor de stad Roermond heeft gedaan. En dat hij dat niet alleen deed, maar met het hele college."
Bestuurscultuur
Volgens Van Rey is er een strafproces tegen hem gestart vanwege de complete bestuurscultuur in Roermond. "En die bestuurscultuur is ook waarom de werkloosheid in Roermond is gedaald van 20 procent in de jaren 90, naar nog geen 5 procent nu. Een bestuurscultuur die ervoor heeft gezorgd dat Roermond nu ongeveer elke ondernemersprijs in de kast heeft staan."
In mijn broek is nooit een onrechtmatige euro verdwenen.
Van Rey zei in de rechtszaal ook dat hij geen berouw kon tonen. "Dat wordt weleens van verdachten verwacht, zeker bij zo'n laatste woord", zegt Van de Wiel. "Dat is de laatste kans om iets tegen de rechter te zeggen. Maar Van Rey zei dat berouw na de zonde komt en dat hij zich niet zondig heeft gemaakt."
Van Rey voelde zich vier jaar geleden al veroordeeld toen het onderzoek tegen hem begon, zei hij in de rechtszaal. Hij vroeg zich af hoe het zover heeft kunnen komen en zei met volle overtuiging: "In mijn broek is nooit een onrechtmatige euro verdwenen."
De oud-wethouder wordt onder meer verdacht van het lekken van vertrouwelijke informatie, fraude bij verkiezingen en het aannemen van steekpenningen. Het Openbaar Ministerie eist daarom twee jaar cel tegen hem. Op 12 juli hoort Van Rey of hij die straf ook daadwerkelijk krijgt.