Van der Steur: goed gehandeld rond uitzetting Bakraoui
Minister Van der Steur blijft erbij dat Nederland goed gehandeld heeft rond de uitzetting van terrorist Ibrahim el-Bakraoui van Turkije naar Nederland, vorig jaar juli.
Van der Steur kwam vanavond met antwoorden op meer dan 60 vragen uit de Tweede Kamer. Kamerleden wilden onder meer weten waarom de politie van New York Nederland heeft gewaarschuwd voor de terreurbroers. Volgens Van der Steur ging het om een standaardprocedure en werd de informatie over de broers Bakraoui naar meerdere landen verstuurd.
De minister meldt dat de informatie daarna naar de geheime diensten verzonden is. Nederland heeft geen opsporingsbericht uitgedaan, omdat de broers hier niet gezocht werden, herhaalt hij.
Proactiever
Van der Steur erkent dat de informatie over de broers Bakraoui internationaal pro-actiever uitgewisseld had kunnen worden. "De les die ik hieruit trek, is dat een ruimere communicatie tussen diensten in internationaal verband, binnen de wettelijke bevoegdheden, een bijdrage kan leveren aan de bestrijding van het terrorisme."
Minister Van der Steur kwam vorige week in de problemen, toen hij tijdens het debat over de aanslagen in Brussel niet alle vragen over de broers Bakraoui kon beantwoorden.
Centraal in dat debat stond de uitzetting van Ibrahim el-Bakraoui. Hij werd door Turkije opgepakt aan de Turks-Syrische grens en op een vliegtuig naar Schiphol gezet. Daar kwam hij ongestoord door de douane.
Van der Steur zegde een reis naar de Verenigde Staten af om zich volledig op de Kamervragen te kunnen concentreren. Donderdag wordt het debat hervat.