Door de afschaffing van het melkquotum vorig jaar konden boeren meer gaan melken, maar door de onstuimige groei van de veestapel zit de sector nu met een acuut probleem. Meer koeien betekent meer mest en dus ook meer fosfaatproductie die het milieu kan schaden.
Vorige week werd bekend dat Nederland het afgesproken fosfaatplafond heeft overschreden. Het ministerie van Economische Zaken is genoodzaakt met maatregelen te komen, maar wil dit samen met alle belangenorganisaties doen.
Die zijn zo verdeeld dat een oplossing ingewikkeld is. Ondertussen zitten melkveehouders al een half jaar in onzekerheid en worden sommigen in hun voortbestaan bedreigd.
Markt zonder regels
Door de afschaffing van het melkquotum zagen melkveehouders kans om flink te groeien. Er kwamen 50.000 melkkoeien en 38.000 stuks jongvee bij. Bij het loslaten van het melkquotum vorig jaar dacht toenmalig staatssecretaris Sharon Dijksma dat het niet zo'n vaart zou lopen met de toename van mest. Maar destijds waarschuwden deskundigen al.
"Iedereen wist: hier vindt een heel grote verandering plaats", zegt ruraal socioloog Jan Douwe van der Ploeg. "We gaan van een gereguleerde markt naar een volledig open markt zonder regels. Het ministerie en de boerenorganisaties hebben het op een onverantwoordelijke manier overgelaten aan de vrije markt zonder de regie te nemen. Nu zitten boeren met een gigantisch probleem."
Fosfaatrechten
Binnen drie maanden na het loslaten van het melkquotum zag Dijksma dat maatregelen onontkoombaar waren om de fosfaatproductie een halt toe te roepen. Ze kondigde maatregelen aan in de vorm van 'fosfaatrechten'. Zo komt er een maximum aan de hoeveelheid fosfaat die koeien jaarlijks mogen "produceren", schreef de staatssecretaris in een brief aan de Tweede Kamer. Zo probeert ze de groei af te remmen.
Hoeveel fosfaatrechten een melkboer krijgt, hangt af van het gemiddeld aantal stuks melkvee op de peildatum 2 juli 2015. Fosfaatrechten zullen waarschijnlijk verhandelbaar zijn. Om uit te breiden moet een boer rechten kopen van een andere melkveehouder. Voor boeren die net een stal hebben neergezet, maar nog niet de tijd hebben gehad die te 'vullen' met vee, is de maatregel een groot probleem.
Ik acht de kans gering dat we met de hele sector, de zuivelindustrie en milieuorganisaties op een lijn komen over dit plan.
Halve bezetting
Melkveehouder Rik Lagendijk uit Diessen runt samen met zijn vrouw Joke een compleet nieuwe vrijloopstal. Er staan nu 160 koeien in, maar er is plek voor 250. "Toen deze stal half af was, werd het plan voor de fosfaatrechten aangekondigd. Het betekent dat ik voor elke nieuwe koe fosfaatrechten moet aankopen en dat gaat zo'n 5 ton extra kosten. Dat geld heb ik niet. Of ik moet in deze halve bezetting blijven draaien, maar dan draai ik elke dag verlies.”
Onterecht meebetalen
Ook is er verdeeldheid binnen de sector vanwege de fosfaatrechten. Zo vinden grondgebonden boeren het onterecht dat zij straks fosfaatrechten moeten betalen terwijl zij niet bijdragen aan het probleem. "Wij hebben een bedrijf met voldoende grond waarvoor we alle mest die de koeien produceren op ons land kunnen gebruiken", vertelt Freek van Leeuwen. "Bij andere bedrijven is dat uit balans, daarom is er een overschrijding van het fosfaatplafond gekomen."
Van Leeuwen runt samen met zijn ouders een biologische kaasboerderij met 45 koeien. Door de extra vraag naar biologische kaas en melk wil hij graag uitbreiden met 15 koeien. Maar zolang niet duidelijk is hoe de fosfaatrechten precies gaan uitpakken kan hij niet verder. "Wij houden er rekening mee dat we per koe 7000 euro moeten betalen, een extra investering van ongeveer een ton. Terwijl wij niet bijdragen aan het fosfaatoverschot. Ik vind dat onterecht."
Onzekerheid
Bij wie de pijn komt te liggen en hoe het plan precies wordt uitgewerkt, is nog onduidelijk. De politiek wil namelijk dat er een plan komt met instemming van de belangenorganisaties. Maar die zijn verdeeld.
"Ik acht de kans gering dat we met de hele sector, de zuivelindustrie en milieuorganisaties op een lijn komen over dit plan", zegt melkveevoorman Kees Romijn van land- en tuinbouworganisatie LTO. "De onzekerheid leidt tot net zo veel problemen bij boeren als het plan zelf. De nieuwe staatssecretaris, Martijn van Dam, moet zo snel mogelijk met een besluit komen."