Het in Parijs gesloten klimaatakkoord heeft grote gevolgen voor Nederland. Om de afgesproken doelstellingen te halen moet het roer drastisch om. Binnen enkele decennia moeten we elektrisch rijden, thuis niet meer op aardgas stoken en moet onze industrie op wind-, zonne-energie en biomassa draaien.
In het Nederlandse Energieakkoord zijn al afspraken gemaakt om te verduurzamen. Zo moet Nederland in 2020 voor 14 procent op groene stroom draaien. In het windrijke Nederland moeten windmolens hier deels voor zorgen. In alle provincies zullen de komende jaren grotere en kleinere windparken ontstaan.
IJzeren Gordijn
Op de meest windrijke locatie van Nederland, voor de kust van Urk, verrijst Windpark Westermeerwind. In de toekomst moeten 48 windturbines stroom gaan leveren voor 160.000 huishoudens. De aanleg van het windmolenpark is in volle gang.
De hoop om hier nog verandering in te brengen hebben de Urkers niet meer. "We zijn hier straks helemaal ingesloten door windmolens. Urk verandert in een IJzeren Gordijn", zegt Leen van Loosen. Hij voerde met zijn actiegroep Urk Briest jarenlang actie tegen de komst van windmolens rondom Urk. Zonder veel succes; het park komt er.
De plannen zijn uiteindelijk wel iets aangepast en er komen zeven windmolens minder dan gepland. Het einde van de actiegroep is inmiddels in zicht. "Binnen een paar maanden gaan we onszelf opheffen. We hebben onze uiterste best gedaan om de komst van de windmolens tegen te houden, maar dat is niet gelukt."
Geen gehoor
Parken als deze bij Urk moeten bijdragen aan het halen van de huidige groene doelstellingen van het kabinet, maar onder meer door weerstand bij de aanleg van windmolenparken komt het halen van die doelstellingen in gevaar. Waar windmolens komen, volgen inspraakavonden, protesten en vaak slepende juridische procedures.
Ook in Drenthe stuiten de plannen voor vijftig windmolens op veel verzet. De kritiek komt niet alleen van bewoners, maar ook van politici. Ze zijn niet tegen windenergie, erg voor zelfs, maar maken zich wel boos over de manier waarop minister Kamp beslist over de aanleg van grote windmolenparken.
"We hebben van alles geprobeerd om mee te praten en de plannen aangepast te krijgen, maar dat is niet gelukt. We krijgen geen gehoor bij de minister", zegt wethouder Co Lambert van de gemeente Aa en Hunze.
Minister Henk Kamp van Economische Zaken maakt gebruik van een speciale regeling, de zogeheten Rijkscoördinatieregeling. Den Haag heeft dan het laatste woord in de beslissingen en kan alle adviezen naast zich neerleggen.
Kort geding
De gemeente Aa en Hunze stapt daarom samen met de gemeente Borger Odoorn naar de rechter. Ze willen via de rechter de regie over de plannen voor grote windparken in de Veenkoloniën terugeisen. Het kort geding staat gepland op 20 januari 2016.
"Ik ben bang dat als we verliezen, de kans groot is dat de windmolens er komen zonder dat er groot draagvlak voor is", zegt wethouder Lambert. "Er zullen ook allerlei actiegroepen bezig blijven, maar elke keer dat minister Kamp een slag wint, is de kans groter dat die windmolens hier gewoon zullen komen."